Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 38350] Ambtshalve aanpassingen. Met ingang van 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) in waking aetreden De inwerkingtreding van deze wet heeft ook consequenties voor de terminologie van de Dlanreqels van de bestemmingsplannen. Zo wordt bijvoorbeeld een 'ontheffing vanaf die datum een afwiikinq' een 'aanlegvergunning' wordt 'een omgevingsvergunning voorwerken, geen bouwwerken zi,ÏÏe en voor werkzaamheden' De planregels zijn aan deze nieuwe terminologie aangepast om zo ?„1eu^tnn"ethb°e—g™aan de noordzijde van he, plangebied nog een gasleiding legenomen en ook in de planregels van een regeling voorzien. Deze leiding,,s echter„,et meer in qebruik en hoeft hiermee dan ook geen rekening meer te worden gehouden. Dlt be^ekent d^d® dubbelbestemming 'Leiding - Gas' en de gebiedsaanduiding 'Veiligheidszone - leiding uit het plan zij verwijderd. Het^egbestemmen van bouw- of ontwikkelingsmogelijkheden via dit bestemmingsplan zou eventueel planschade tot gevolg kunnen hebben. De vraag of eventueel sprake kan zijn van planschade is afhankelijk van vele factoren. Wat in dit kader belangrijk is, is of sprake is van (actieve of passieve) risicoaanvaardinq door het niet gebruik maken van de geboden bouw- en ontwikkelingsmogelijkheden. Se aan kunnen tonen dat zij plannen hebben om die mogelijkheden uit te putten Een simpel verzoek hiertoe of een schetsplan is dan meestal, zoals de jurisprudentie nader heeft bepaald, niet voldoende Eigenaren/belanghebbenden die gedurende jaren bouwmogelijkheden hebben volgens jurisprudentie slechts zelden recht op planschade. Uit dezelfde jurisprudentie kan word opgemaakt dat elke vorm van risicoaanvaarding door een eigenaar/belanghebbende gesturt kan wci den indien aantoonbaar via een serieuze en realistische poging een aanvang is gemaakt met de realisatie de Dlanoloqisch geboden mogelijkheden. Om als gemeente planschade te kunnen voorkomen is het wel belangrijk dat door de gemeente tijdig duidelijk moet zijn gemaakt dat de beleidswijziging vo°^b® ®,d,ng was In het onderhavige geval zit deze omstandigheid in het feit dat al in het voorontwerp van het P|an duidelijk is gemaakt dat er geen nieuwe zelfstandige kantoren meer gerealiseerd mogen wordem Hiermee is planschade, gelet ook op de tijd die is verstreken tussen de terinzagelegging van het voorontw p (2009) en nu, gelet op de huidige jurisprudentie mogelijk voorkomen. Teqen het'besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan kan door belanghebbenden rechtstreeks ïemep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Het plan ve knjgt rechtskracht (rechtstreekse bouwtitel) na de terinzagetermijn van 6 weken tenzij naast beroepschriften ook verzoeken om voorlopige voorziening worden ingediend. Indien dit het geval is verkrijgt het plan pas rechtskracht nadat op die verzoeken is beslist en deze worden afgewezen of, indien het verzoek om voorlopige voorziening wordt toegewezen, nadat op het ingediende beroepschrift is beslist. Financieel Exploitatieplan. De Wet ruimtelijke ordening maakt met het bepaalde in afdeling 6.4 het vaststellen van een ^P'0lt^iePlan verplicht voor een aantal bouwactiviteiten, wanneer de bouw planologisch mogelijk wordt gemaakt in bestemmhgsplan, wijziging van een bestemmingsplan, projectbesluit of een projecta^.jk.ngsbes'u.^ Oe bouwplannen waarbij een exploitatieplan verplicht is en welke zijn opgenomen in artikel 6.2.1 van Besluit ruimtelijke ordening zijn: 1. de bouw van een of meer woningen; 2 de bouw van een of meer andere hoofdgebouwen; 3 de uitbreiding van een hoofdgebouw met ten minste 1000 m2 of met een of meer woningen, 4 de verbouwing van een o, meer aangesloten gebouwen die voor andere doeleinden in gebruik of inqericht waren, voor woondoeleinden, mits ten minste 10 woningen worden gerealiseerd 5 de verbouwing van een of meer aaneengesloten gebouwen die voor andere doeleinden, mits de cumulatieve oppervlakte van de nieuwe functies tenminste 1000 m2 bedraagt, 6 de bouw van kassen met een oppervlakte van ten minste 1000 m2. -16-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 180