Gemeente Breda Raadsbesluit Registratienr: 38350] Aantal bijlagen: De raad van de gemeente Breda; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders en met overname van de daarin vermelde overwegingen; gelet op artikel 3.1 Wet ruimtelijke ordening; besluit: a. In de regels behorende bij het bestemmingsplan Bedrijventerrein Hoogeind ten opzichte van het ontwerp van het plan het volgende te wijzigen: - in artikel 1 Begrippen onder punt 1.2. het nummer van het GML-bestand te wijzigen met dien verstande dat de laatste 4 cijfers '0301' worden vervangen door de cijfers '0401' en onder punt 1.63 wordt de volgende teksten verwijderd 'grootschalige sport- en kampeerartikelen zoals' en 'bouwmarkten en tuincentra - in artikel 4 Bedrijventerrein onder 4.1. onder vernummering van de punten c t/m f naar g t/m h als nieuw punt c toevoegen: 'c. wonen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijventerrein - kermisexploitanten' ten behoeve van ter plaatse gevestigde kermisexploitanten', als nieuw punt d. toe te voegen 'd. detailhandel ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel;' ,als nieuw punt e toe te voegen 'e. zendmast ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie' en als nieuw punt f toe te voegen 'f. kantoren ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijventerrein bedrijfsverzamelgebouw"] - in artikel 4 Bedrijventerrein onder 4.2.1 onder b na het woord bedrijfswoning de volgende tekst toe te voegen 'en ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijventerrein kermisexploitanten', als nieuw punt d. toe te voegen: 'd. ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel' is alleen volumineuze detailhandel toegestaan',als nieuw punt e toe te voegen 'terplaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijventerrein - kermisexploitanten' maximaal 8 woon units en/of woonwagens zijn toegestaan.' En als nieuw punt f toe te voegen 'f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijventerrein- bedrijfsverzamelgebouw' kantoren zijn toegestaan mits deze per bedrijfsvestiging niet groter zijn of worden dan 200 m2;'\ - in artikel 4 Bedrijventerrein onder 4.2.2 als nieuw punt f toe te voegen 'f. de ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijventerrein - kermisexploitanten' aanwezige of te plaatsen woonunits en/of woonwagens geen grotere bouwhoogte mogen hebben dan 4 meter - in artikel 4 Bedrijventerrein onder 4.2.3 als punt c toe te voegen 'c. de hoogte ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie' mag niet meer dan 40 meter bedragen'] - in artikel 4 Bedrijventerrein onder vernummering van de leden 4.3 3 en 4.4 naar respectievelijk 4.4. en 4.5 als nieuw lid 4.3 toe te voegen '4.3 Specifieke gebruiksregels. Ten aanzien van het gebruik is het bepaalde in artikel 15 van toepassing. Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan het gebruiken van meer dan 70% van het bebouwd oppervlak per bedrijf voor kantoordoeleinden.', onder 4.4 (nieuw) als punt d toe te voegen: 'd. van het bepaalde in lid 4.2.3 voor het plaatsen van windturbines met dien verstande dat: 1. deze geen grotere (as)hoogte mogen krijgen dan 85 meter; 2. totaal binnen het plangebied maximaal 3 windturbines mogen worden geplaatst; 3. deze bij voorkeur in samenhang met elkaar en in een lijnopstelling worden geplaatst en daarbij rekening wordt gehouden met bestaande lijnen zoals bijvoorbeeld bestaande wegen of waterlopen;4. aangetoond dient te worden dat de op te richten turbines voldoende rendement opleveren.'] - In artikel 6 Groen als 6.3. de volgende tekst toe te voegen: '6.3 Wijzigingsbevoegdheid. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening en met inachtneming van het bepaalde in artikel 18 van deze regels deze bestemming te wijzigen in de bestemming 'Bedrijf' met de aanduiding 'nutsvoorziening' voor het oprichten van windturbines met dien verstande dat: 1. deze geen grotere (as)hoogte mogen krijgen dan 85 meter; 2. totaal binnen het plangebied maximaal 3 windturbines mogen worden geplaatst; 3. deze bij voorkeur in samenhang met elkaar en in een lijnopstelling worden geplaatst en daarbij rekening wordt gehouden met bestaande lijnen zoals bijvoorbeeld bestaande wegen of waterlopen;4. aangetoond dient te worden dat de op te richten turbines voldoende rendement opleveren. -1

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 182