Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 38876]
Hiermee is in de nieuwe Verordening terug te lezen dat voor alle voorzieningen met uitzondering van
rolstoelen, deeltaxivervoer en de voorzieningen die een financiële tegemoetkoming betreffen, dezelfde
eigen bijdrage systematiek geldt. Een ondersteuningsvrager betaalt hierbij nooit meer aan eigen bijdrage
dan de maximale periode bijdrage die op basis van het inkomen, gezinssamenstelling en leeftijd van de
ondersteuningsvrager, door de wetgever is vastgesteld. Dit is ongeacht de hoeveelheid voorzieningen die
de ondersteuningsvrager afneemt.
Beslissingsbevoegdheid
Op 16 december 2010 is in de openbare vergadering van de gemeenteraad een motie aangenomen
waarin de Raad het College verzoekt om een voorstel aan te bieden voor een zodanige aanpassing van
art 1 2 van de Verordening Wmo waarin zij aangeeft in welke gevallen de Raad beslissingsbevoegd zou
moeten zijn en in welke gevallen het College de ruimte wenst te hebben om zelf te kunnen besluiten over
aanpassingen. Ook wordt het College verzocht het overleg met de belangenorganisaties hierin mee te
nemen. Om uitvoering te geven aan deze motie is aan artikel 1.2 een tweede lid toegevoegd waarbij
wordt aangegeven dat de regels in het door het College vast te stellen Besluit uitvoeringsregels betreffen
die een nadere uitwerking geven van datgene wat bepaald is in de Verordening.
Relatie met Meedoen(g)Breda
De visie van de nieuwe Verordening past bij de visie op meedoen van burgers zoals ook verwoord in
meedoen@breda.
Inspraakprocedure
Van 6 juli 2011 tot 5 september 2011 heeft de conceptverordening ter inspraak gelegen Op een
onderdeel heeft de inspraak tot aanpassing van de conceptverordening geleid. Het betreft een
aanpassing van artikel 6.3 lid 5. In de conceptverordening was de reeds bestaande inkomenstoets waarbij
gesteld wordt dat er geen persoonsgebonden budget verstrekt wordt als het bruto- inkomen hoger is dan
1,5 maal het bruto-norminkomen op bijstandsniveau doorgetrokken richting de aanpassing van een eigen
vervoermiddel. Om nu geen andere (nieuwe) voorziening te belasten met een inkomenstoets is de tekst
van de nieuwe Verordening hierop aangepast.
Toekomstbeeld s
Bekend is dat er in de toekomst een aantal wijzigingen op komst zijn die (mogelijk) een effect hebben op
de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning, te weten:
1. Decentralisatie van Begeleiding (AWBZ) naar Wmo.
De functie extramurale begeleiding wordt naar de Wmo gedecentraliseerd. Hiermee zal de
compensatieplicht van de Wmo worden uitgebreid. De wetgever is voornemens aan de te bereiken
resultaten van de Wmo een resultaat toe te voegen dat ertoe strekt de burger in staat te stellen dagelijkse
levensverrichtingen uit te voeren, het persoonlijk leven te structureren en daarover regie te voeren De
compensatieplicht zal ook worden uitgebreid voor het vervoer naar en van de instelling waar cliënten de
begeleiding ontvangen. Tevens wordt het kortdurend verblijf uit de AWBZ in de vorm van
mantelzorgondersteuning in geval van permanent toezicht onder de compensatieplicht gebracht. De wet
moet hierop worden aangepast. Vooralsnog geldt dat gemeenten vanaf 2013 verantwoordelijk worden
voor die mensen die voor het eerst of opnieuw een beroep doen op begeleiding en vanaf 2014 voor alle
mensen die in aanmerking komen voor begeleiding.
2. Aanpassingen persoonsgebonden budget (pgb)
De wetgever wil de keuzemogelijkheden voor het pgb beperken waardoor in de toekomst alleen nog
AWBZ-geïndiceerde met een verblijfsindicatie aanspraak kunnen maken op een pgb. Voor de Wmo is
vooralsnog bekend dat de wetgever voornemens is om de verplichting voor de gemeente om een cliënt
met een aanspraak op een individuele voorziening de keuze te bieden tussen een pgb en een voorziening
in natura, te schrappen. Wat dit precies gaat inhouden is nog onduidelijk. Ook hiervoor zal de wet
aangepast moeten worden, waarbij vooralsnog de verwachting is dat de aanpassing tegelijkertijd met de
aanpassing omtrent de decentralisatie van de begeleiding naar de Wmo zal plaatsvinden.
3. Nieuwe verdeling hulpmiddelen.
De wetgever is voornemens om de hulpmiddelen uit de AWBZ-kortdurende uitleenregeling die aan
zelfredzaamheid gerelateerd zijn en alle hulpmiddelen die te maken hebben met "zelfredzaamheid in en
om de woning" in de Wmo onder te brengen. De wet hoeft hier waarschijnlijk niet op worden aangepast.