Gemeente Breda 1. Rassers Advocaten namens de heer en mevrouw Stoof-Vandermaes Inhoud zienswijze Appellanten hebben bezwaar tegen de manier waarop hun perceel is bestemd. In het plan is een gedeelte van het perceel bestemd tot Wonen, een gedeelte tot natuur en een gedeelte tot Agrarisch. Vragen zich af waarom niet alles een woonbestemming kan krijgen zodat zij dit in kunnen vullen. Zo geven appellanten aan dat hetgeen met de verschillende bestemmingen gewaarborgd wordt ook via de bestemming Wonen mogelijk is. Beoordeling Zoals door appellanten in hun zienswijze al is aangeven is in de toelichting op het bestemmingsplan aangegeven waarom voor verschillende bestemmingen is gekozen. Het enkele feit dat hier al gebouwd mag worden in tegenstelling tot het algemene beleid van de provincie, dat zegt dat geen nieuwbouwwoningen in het buitengebied gebouwd mogen worden, geeft al aan dat het hier om een bijzondere regeling gaat. De bestemming Agrarisch is opgenomen voor dat gedeelte van het perceel dat in de Structuurvisie buiten de bebouwingsmogelijkheden is gehouden. De reden hiervan is dat op de hoeken van het kruispunt de ruimte open en onbebouwd moet blijven. De natuurbestemming is opgenomen voor het gedeelte van het perceel waarop de verplichte landschappelijke inpassing c.q. verbetering van de ruimtelijke kwaliteit dient te worden gerealiseerd. Met deze bestemming kan het behoud hiervan beter worden gegarandeerd dan middels een woonbestemming. Conclusie Deze zienswijze ongegrond te verklaren. 2. W A M. Ligtvoet Inhoud zienswijze Appellant bezit een perceel grond aan de Groenstraat 147 waarop hij graag een woning wil bouwen. Tot op heden zijn door hem daartoe ingediende verzoeken door de gemeente afgewezen. Onder verwijzing naar de motivering van deze besluiten tekent hij bezwaar aan tegen dit bestemmingsplan. Hij is van mening dat bij hem in eigendom zijnde perceel dezelfde factoren meespelen als bij de percelen waarop nu middels bestemmingsplan gebouwd mag worden. Beoordeling Het perceel van appellant ligt niet binnen de in de Structuurvisie Groen en Rood opgenomen gebieden waarbinnen beperkt woningen gebouwd mogen worden. De reden hiervan is gelegen in het feit dat de landschappelijke, open, ruimtelijke en visuele relatie tussen het Liesbos en Prinsenbeek aan weerszijden van de Groenstraat en de Bosloop behouden dienen te blijven. De plannen van appellant om ter plaatse ook een woning te bouwen vallen daarom binnen het beleid zoals dat is neergelegd in het bestemmingsplan Buitengebied (Breda) en het beleid van de provincie dat gaat over het bouwen van woningen in het buitengebied. Dit betekent dat hetgeen op de eerdere verzoeken van appellant is gesteld voor de locatie aan de Groenstraat nog steeds van kracht is. Conclusie Deze zienswijze ongegrond te verklaren. 3. Schoenmakers Advies Achtmaal BV Inhoud zienswijze Maakt bezwaar tegen de in het plan opgenomen bouwhoogte van de vrijstaande bijgebouwen. Appellant is van mening dat dit naar minimaal 6 meter moet. Met de huidige maatvoering kan er geen goed ruimtelijk- en architectonisch beeld worden gecreëerd tussen het hoofdgebouw en het bijgebouw. Raadsvoorstel Registratienr: 38795] -2- >w

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 26