Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 38919]
1. R.T.M. van de Louw en M L.K M. van der Louw-Borggreven
Inhoud zienswijze.
Het plangebied van het onderhavige bestemmingsplan grenst rechtstreeks aan de eigendommen
van appellanten. Appellanten hebben bezwaar tegen het ontwerp van het plan en wel om de
volgende redenen. Door het feit dat straks langs het perceel van reclamanten een fietspad en de
busbaan liggen zal de privacy op het perceel van appellanten worden aangetast. Ook zal de
veiligheid afnemen omdat het perceel nu nog is afgeschermd. Straks zal het perceel van
appellanten door het verdwijnen van een hekwerk vrij betreedbaar worden hetgeen de veiligheid
zal verminderen. Tenslotte zal door het gebruik van de busbaan er een toename van de
geluidsbelasting ontstaan.
Beoordeling
Het is inderdaad juist dat het terrein van appellanten thans grotendeels niet vanaf de openbare
weg bereikbaar is door de aanwezigheid van enkele hekwerken. Met het aanleggen van de HOV-
baan zullen deze hekwerken moeten verdwijnen. Bij de aanleg van de weg zal echter hiermee
rekening worden gehouden en zal op de perceelgrenzen van het perceel van appellanten op
kosten van de gemeente een hekwerk worden geplaatst. Ten aanzien van de vermeende
geluidsoverlast wordt opgemerkt dat de intensiteiten op de aan te leggen HOV-baan niet
dusdanig zijn dat hiervan geluidsoverlast hoeft te worden verwacht. Een en ander blijkt ook uit het
opgestelde akoestisch rapport.
Conclusie
Deze zienswijze gedeeltelijk gegrond te verklaren voor wat betreft de bezwaren in het kader van
de privacy en veiligheid en ongegrond voor het overige.
2 t/m 5 J.M.E. Leurs, R.E.I. van den Bosch, B. Danen en C. de Haan en W.J. van der Avoird
Inhoud reactie
De bezwaren van appellanten spitsen zich allemaal toe op de op handen zijnde reconstructie van
de Oosterhoutseweg en de daarmee gepaard gaande wijzigingen. Het gaat dan met name om de
aantallen parkeerplaatsen, de afsluiting van de spoorwegovergang in de Oosterhoutseweg en de
verkeersveiligheid op de Oosterhoutseweg.
Beoordeling
Het te reconstrueren deel van de Oosterhoutseweg maakt geen onderdeel uit van het
onderhavige plangebied. Het bestemmingsplan regelt slechts de aanleg van een HOV-baan
tussen de Oosterhoutseweg en het station. De zienswijzen hebben dan ook geen betrekking op
hetgeen in het bestemmingsplan is geregeld en hierop wordt dan ook niet inhoudelijk ingegaan.
Deze zienswijzen zullen worden behandeld in het kader van de plannen voor de reconstructie van
de Oosterhoutseweg.
Conclusie
Deze zienswijzen ongegrond te verklaren.
6. M. Maas en E. Anssems
Inhoud zienswijze.
De bezwaren van appellanten spitsen zich voornamelijk toe op de op handen zijnde reconstructie
van de Oosterhoutseweg en de daarmee gepaard gaande wijzigingen. Wel hebben zij in het
kader van het bestemmingsplan HOV problemen met het opnieuw bereikbaar worden van het
achterterrein achter hun woningen. Het is, om overlast te voorkomen, absoluut noodzakelijk dat
dit gebied afgesloten blijft.
Beoordeling zienswijze.
Het te reconstrueren deel van de Oosterhoutseweg maakt geen onderdeel uit van het
onderhavige plangebied. Het bestemmingsplan regelt slechts de aanleg van een HOV-baan
tussen de Oosterhoutseweg en het station. De zienswijzen hebben dan ook geen betrekking op
hetgeen in het bestemmingsplan is geregeld en hierop wordt dan ook niet inhoudelijk ingegaan.
-2-