%[M Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 38726] Daarnaast wordt, naast de indexmatige verhoging, voor een aantal legesfeiten extra verhogingen voorgesteld om tot volledige kostendekking te komen. Onderzocht is de kostendekkendheid in brede zin. Dat betekent dat op de eerste plaats is nagegaan of voor de niet-kostendekkende producten de kosten kunnen worden teruggebracht, door bijvoorbeeld deregulering (het project SI RA, in samenwerking met 18 andere Brabantse gemeenten en de Kamer van Koophandel), administratieve lastenverlichting en verbetering dienstverlening (op basis van VNG-rapport "te veel gevraagd"), en het uitvoeren van efficiencyprojecten (de zogenaamde LEAN-projecten). Overigens waren deze projecten niet uitsluitend op kostenbesparingen in de bedrijfsvoering gericht, maar ook op verbetering van de dienstverlening via bijvoorbeeld kortere doorlooptijden, vereenvoudiging van aanvraagprocedures, en standaardisering en digitalisering van producten. Na het terugdringen van kosten en/of het realiseren van een hogere kwaliteit van dienstverlening tegen gelijke kosten, is geconstateerd dat nog niet alle producten kostendekkend zijn. Deels heeft dat betrekking op legesfeiten, deels ook op andere producten. Fiscaal-juridisch kan slechts een beperkt aantal kostencomponenten toegerekend worden aan leges. In de "Handreiking kostentoerekening leges en tarieven" van de Minister van BZK zijn deze kosten in beeld gebracht en toegelicht. De rechter hanteert blijkens vaste jurisprudentie bij zijn beoordeling van de kostendekking ook deze handreiking. In gerechtelijke procedures inzake legesnota's is de kostendekkendheid een vast onderwerp van het geschil geworden. Ten aanzien van de volgende legesfeiten wordt een extra verhoging voorgesteld: a. De ontheffingen op grond van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens (RVV). De gemeente kent drie vergunningen en dus ook drie legestarieven: Algehele, tijdelijke of jaarontheffing: €17,23 Ontheffing voetgangersgebied: 39,84 Verlenging ontheffing voetgangersgebied: 25,86. Deze tarieven dekken niet de kosten die aan vergunningverlening zijn verbonden. Daarnaast is gebleken dat de werkzaamheden voor de verlenging van een ontheffing voor het voetgangersgebied gelijk zijn aan die van een eerste ontheffing. Voorgesteld wordt dan ook om de tarieven voor het voetgangersgebied gelijk te trekken op 50,00 en het tarieven voor de algehele ontheffing te verhogen tot 30,00. Het gaat per jaar om 585 algehele vergunningen en 630 vergunningen voor het voetgangersgebied. De totale meeropbrengst bedraagt voor 2012 13.870,00 waarmee dit product kostendekkend is. b. Evenementenveraunningen. De inkomsten voor evenementen bestaan in Breda uit twee componenten, de leges en precariobelasting. De leges wordt geheven voor een aanvraag voor een evenementenvergunning. Dit tarief is niet kostendekkend. Evenementen zijn onderverdeeld in vergunningvrije/meldingsplichtige evenementen, kleine, standaard en grote evenementen. Ongeveer 75% van de aanvragen wordt inmiddels afgedaan als melding. Legesplichtig is nog slechts 25 van de aanvragen. De grote evenementen (21 stuks per jaar in 2011)zoals bijvoorbeeld het Jazz-Festival, het Ballonfiesta en Breda Hippique vormen 2% van het totale evenementenaanbod. De legesopbrengst voor het aanvragen van een evenementenvergunning bedroegen in 2010 37.113,00. De aan legesplichtige vergunningen toe te rekenen kosten bedroegen in 2010 382.064,00. Om tot kostendekkende leges te komen dienen de tarieven derhalve fors te worden verhoogd. De huidige tarieven zijn: Evenementenvergunning klein: 55,90. Evenementenvergunning standaard: 199,63. Evenementenvergunning groot: 425,42. -5-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 40