Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 38311] Artikel 18, lid 2 is specifiek opgenomen om het stadsgezicht te beschermen. Op basis van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (Wabo) en het Besluit Omgevingsrecht (Bor) is het mogelijk om vergunningsvrij te bouwen. Dit geldt onder meer ook voor een dakkapel aan de achterzijde van een woning. Indien wordt voldaan het Bor en de daarbij behorende bijlagen, dan wordt er voor het bouwen niet meer getoetst aan het bestemmingsplan. Ad. 4. Artikel 16.2.4 heeft geen betrekking op de garage op het perceel van indiener. Deze bepaling is opgenomen voor de in het plangebied aanwezige rijen met garageboxen. Naar aanleiding van de zienswijze is besloten om de rijen met garageboxen de bestemming 'Verkeer' te geven. Verder is de hoogtebepaling voor bijgebouwen in de bestemming 'Wonen' aangepast, zodat ook de garage van de indiener van de zienswijze hier binnen past. Voor de ontwikkelingen beschreven in hoofdstuk 2.5 van de toelichting zijn of worden, met uitzondering van de uitbreiding van een pand met de bestemming 'centrum' aan de Raadhuisstraat 6, procedures gevolgd om vrijstelling te verlenen van het nog geldende bestemmingsplan Breda-Zuid. De meeste van deze procedures zijn inmiddels al afgerond. Het is dan vervolgens zo dat deze ontwikkelingen in de eerstvolgende bestemmingsplanwijziging worden opgenomen. Dit is ook in het bestemmingsplan Ginneken gedaan. In jurisprudentie van de Raad van State is overigens bepaald dat uit het begrip conserverend bestemmingsplan niet volgt dat alle bestemmingen gelijk moeten blijven aan het voorgaande bestemmingsplan en dat het plan geen enkele ruimte voor nieuwe ontwikkelingen mag bieden (zaaknummer 200905802/1/R3). De indiener geeft in de zienswijze niet aan welke rapporten niet ter inzage hebben gelegen. Het betreft hier een conserverend bestemmingsplan. Dit houdt in dat het bestemmingsplan als zodanig nagenoeg geen ontwikkelingen mogelijk maakt, waardoor er weinig onderzoeksrapporten zijn opgesteld. Voor de ontwikkelingen waarvoor een vrijstellingsprocedure is doorlopen, hebben de onderzoeksrapporten in het kader van die procedures ter inzage gelegen. Voor zover er in de toelichting wel naar onderzoeken wordt verwezen, wordt in de toelichting ook de conclusie van het onderzoek en de eventuele consequenties voor het plangebied beschreven. Het ter inzage leggen van de rapporten is dan niet noodzakelijk. Ad. 7. De parkeernota 'Parkeer- en Stallingsbeleid 2004' is het meest recente parkeerbeleid van de gemeente Breda. De normen uit dit beleid worden nog steeds toegepast. Deze normen leveren ook geen (extra) belemmering op voor het perceel van indiener. Zoals eerder is aangegeven is woningvermeerdering op basis van zowel de nog geldende bestemmingsplannen Breda Zuid" en "Breda-Zuid, partiële herziening 2005" als het thans voorliggende bestemmingsplan uitgesloten. Een aan huis gebonden beroep past voor zover het de woning betreft rechtstreeks in het bestemmings plan. De parkeernormen leveren ook hiervoor geen extra belemmering op. De zienswijze is deels gegrond en deels ongegrond. c. Dhr. J. Rijnen De heer Rijnen geeft aan dat hij het perceel Prins Hendrikstraat 57 heeft gekocht en dat er destijds een hoveniersbedrijf was gevestigd. De heer Rijnen woont er en heeft er een atelier. Hij verzoekt om zijn atelier positief te bestemmen, zodat het niet (langer) valt onder het overgangsrecht. Beoordeling Uit de inventarisatie was niet gebleken dat de heer Rijnen ter plaatse een atelier heeft. Om aan het verzoek van de heer Rijnen tegemoet te komen, zal op de verbeelding op het perceel Prins Hendrikstraat 57 de aanduiding 'Atelier' worden toegevoegd. De zienswijze is gegrond.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2012 | | pagina 178