WZ Gemeente Breda
w RaadsvoorstelRegistratienr: 39538]
De provincie gaat er vooralsnog van uit dat de capaciteit voor de bouw van 77 appartementen gezocht
moet worden in de nog beschikbare ruimte voor nieuwe plannen binnen de regionale afspraken.
De beschikbare ruimte voor nieuwe plannen binnen de regionale afspraken is door dit plan nog maar zeer
beperkt.
Beoogd effect van het besluit
Middels het vaststellen van het bestemmingsplan 'Tramsingel, Tramsingel 22' wordt het mogelijk gemaakt
om het onbebouwde terrein van circa 4.800 m2 aan de Tramsingel een nieuwe invulling te geven. De
qronden krijgen de bestemming 'gemengd', op de verdiepingen mag worden gewoond, kantoren en
kleinschalige bedrijvigheid zijn toegestaan op de begane grond. Daarnaast wordt parkeergelegenheid (op
begane grond en op een dek) mogelijk gemaakt.
Uitvoering van het besluit
Na vaststelling van het bestemmingsplan wordt, in verband met de wijzigingen ten opzichte van het
ontwerpbestemmingsplan, 6 weken gewacht met de bekendmaking. Hierop volgt een beroepstermijn van
6 weken waarbinnen het plan ter inzage wordt gelegd.
Indien geen beroep tegen het plan wordt ingesteld is na deze termijn het bestemmingsplan onherroepelijk.
Argumenten
1. Gedurende de termijn van terinzagelegging is een zienswijze binnengekomen. De zienswijze is tijdig
ingediend en daarmee is deze zienswijze ontvankelijk. Bij de vaststelling van het bestemmingsplan is
deze zienswijze meegenomen. De zienswijze is onder punt 3 samengevat en van een beoordeling
voorzien. Daarna is een conclusie getrokken. Indien niet alle onderdelen van de zienswijze in de
samenvatting zijn opgenomen, zijn deze in de totale beoordeling meegewogen.
2. De zienswijze geeft aanleiding de toelichting en de regels van het plan op een enkel onderdeel aan te
passen. t
3 Zienswijze ingediend door ir. A.H.J. Bouten van het Waterschap Brabantse Delta
Samenvatting
Zienswijze met betrekking tot de toelichting van het bestemmingsplan:
a De volgende tekst moet worden opgenomen in de waterparagraaf: Het waterschap is
verantwoordelijk voor het waterbeheer (waterkwaliteit en kwantiteit) binnen het plangebied. Op
waterhuishoudkundige ingrepen is de Keur van toepassing. De Keur is een
waterschapsverordening die gebods- en verbodsbepalingen bevat met betrekking tot ingrepen die
consequenties hebben voor de waterhuishouding en het waterbeheer. Zo is het onder andere
verboden zonder vergunning van het dagelijks bestuur te lozen op het oppervlaktewater bij een
uitbreiding van het verhard oppervlak groter of gelijk aan 2. OOOm2.
b. In de waterparagraaf wordt gesproken over het aanvragen van een ontheffing, met ingang van de
nieuwe Keur worden enkel nog vergunningen verleend
c. De te verwachtte retentiecapaciteit van het sedumdak moet worden opgenomen in de
waterparagraaf;
d. Voordat geloosd mag worden vanaf verhard oppervlak moet de retentie in de Spinolaschans
danwel de nieuwe haven gerealiseerd zijn;
e. Voor het lozen van hemelwater vanaf 2.000 m2 verhard oppervlak of meer dient een vergunning
aangevraagd te worden. Niet relevant hierbij is het aanleggen van retentie;
f Voor het lozen op oppervlaktewater moet worden voldaan aan hetgeen gesteld in het Besluit
lozen buiten inrichtingen. Ten aanzien van verontreinigingen moet worden voldaan aan hetgeen
gesteld in de Wet Bodembescherming;
g. Inde waterparagraaf aandacht schenken aan het gebruik van milieuvriendelijke bouwmaterialen
en het achterwege laten van uitlogende bouwmaterialen;
Zienswijze met betrekking tot de regels van het bestemmingsplan.
h. In artikel 3.1 onder i, zinsdeel "alsmede afvoer en infiltratie van water" verwijderen.
-3-