Raadsvoorstel
Registratienr: 40375]
3. organisatiestructuur
De BRTS heeft een bestuur bestaande uit 5 personen. In de in het beleidsplan opgenomen
orqanisatieplan zit een duidelijk scheiding in taken en verantwoordelijkheden. In de praktijk echter is het
moeilijk om organisatorische en bestuurlijke zaken van elkaar gescheiden te houden. In het pbo zijn twee
bestuursleden vertegenwoordigd. De onafhankelijk voorzitter van het pbo is bestuurslid en een van de
leden van het pbo zit in het bestuur. De CvdM geeft aan dat dit mag, maar het niet de voorkeur verdient.
Conclusie over de organisatiestructuur van de BRTS in deze is dat er wel een wil is om
verantwoordelijkheden te scheiden, maar dat het in de praktijk niet is gerealiseerd.
BredaNu kent een organisatieplan waarin taken en verantwoordelijken van bestuur en leiding van elkaar
zijn gescheiden. Daarnaast heeft ze een onafhankelijk pbo waarin het bestuur niet
is vertegenwoordigd (ook niet als onafhankelijk voorzitter) De toekomst zal moeten uitwijzen of de
voorgestelde organisatiestructuur (financieel) haalbaar is. Daarnaast heeft ze een Comité van
aanbeveling die de omroep adviseert namens hun achterban/netwerk en een ambassadeursrol vervult.
4. media-innovatie
Het medialandschap is sterk veranderd en verandert nog steeds. Terwijl traditionele media hun best
moeten doen hun hoofd boven water te houden, nemen social media via de computer en mobiele telefoon
een steeds prominentere plek in het leven van mensen in. Voor een toekomstige lokale media-instelling is
het belangrijk om zich tot deze ontwikkeling te kunnen verhouden en daarin continue innovatief is.
plannen van de BRTS is de media-innovatie niet uitgewerkt. De BRTS focust zich in haar ontwikkeling op
tv en radio. Zij wil zich in de toekomst met internet en social media verder ontwikkelen. De BRTS geeft
aan dat door haar (financiële) positie de mogelijkheid om zich hier in te ontwikkelen niet aanwezig is.
Hierdoor mist ze de aansluiting bij een deel van de Bredase bevolking.
Bii BredaNu zijn internet en social media onlosmakend verbonden met het functioneren van
de orqanisatie BredaNu zet in haar ontwikkeling breed in met een samenhangend crossmediaal tv radio,
internet en social media aanbod. Zij biedt haar nieuws aan via de verschillende mediakanaleri van de
omroep, waardoor zij denkt een brede Bredase doelgroep te bereiken. Ook hier geldt dat BredaNu zich
nog moet bewijzen.
Gelefop^ovenstaande punten is het college van oordeel dat BredaNu het best in staat is invulling te
qeven aan de functie van een lokale omroep, zoals bedoeld door de wetgever. Het gaat hier om een
nieuw initiatief dat zich nog moet bewijzen. Het college meent desalniettemin dat Br®da^u' met ha^r
enthousiasme en vernieuwende visie en werkwijze een waardevolle toevoeging op het bestaande lokale
medialandschap kan vormen en die door het gebruiken van nieuwe (multimediale) kanalen en een nieuw
en divers aanbod een sterke verbondenheid kan krijgen met de inwoners van Breda.
Indienhè?CvdM het advies overneemt wordt de zendmachtiging van de BRTS, vanaf 21 april 2013, niet
gecontinueerd. Voor een organisatie die al 30 jaar bestaansrecht heeft heeft dit zeker consequenties. In
hoeverre hier knelpunten uit voortkomen is niet bekend.
Het advies van de gemeenteraad zal worden toegezonden aan het CvdM. Het CvdM kan de betrokken
partijen horen. Het is voor de lokale omroepinitiatieven mogelijk om een bezwaarprocedure tegen de
beslissing van het CvdM te voeren.
De afqelopen 5 jaar was de zendtijdtoewijzing van het CvdM in het bezit van de BRTS. In het kader van
de zogenaamde bekostigingsplicht ontvangt de houder van de zendtijdtoewijzing subsidie van e
gemeente Breda.
>w Gemeente Breda
