Gemeente Breda
Artikel 5 Belastingtarieven
1Het tarief van de belasting bedraagt een percentage van de heffingsmaatstaf.
Het percentage bedraagt:
a. voorde gebruikersbelasting 0,1260%;
b. bij de eigenarenbelasting
1voor onroerende zaken die in hoofdzaak tot woning dienen 0,0974%;
2. voor onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen 0,1576%.
2. Voor belastingbedragen tot 10 vindt geen invordering plaats.
Voor de toepassing van de vorige volzin wordt het totaal van op een aanslagbiljet verenigde
verschuldigde bedragen onroerende-zaakbelastingen of andere heffingen aangemerkt als
één belastingbedrag.
3. Indien de heffingsmaatstaf beneden 12.000,00 blijft, wordt geen belasting geheven.
Artikel 6 Wijze van heffing
De belastingen worden bij wege van aanslag geheven.
Artikel 7 Termijnen van betaling
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen
worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de
maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de
tweede twee maanden later.
2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van alle op één
aanslagbiljet verenigde aanslagen gemeentelijke heffingen meer bedraagt dan 10.000,00,
dat dit bedrag moet worden betaald op de laatste dag van de maand volgend op de maand
die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.
3. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid geldt, ingeval machtiging is verleend tot
automatische incasso en het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen
gemeentelijke heffingen 100,00 of meer doch niet meer dan 10.000,00 bedraagt, dat de
aanslagen moeten worden betaald in 10 gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt
op de 28e dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het
aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
4. De in het derde lid bedoelde machtiging tot automatische incasso wordt geacht niet te zijn
verleend indien twee van de tien termijnen niet zijn betaald doordat automatische incasso
van de betaalrekening van de belastingschuldige niet mogelijk blijkt dan wel binnen 56 dagen
na afschrijving zijn gestorneerd. Alsdan gelden de betaaltermijnen als bedoeld in het eerste
lid;
5. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in voorgaande leden gestelde
termijnen.
Artikel 8 Kwijtschelding
Bij de invordering van onroerende-zaakbelastingen kan kwijtschelding worden verleend
Artikel 9 Nadere regels door het Dagelijks Bestuur
Het Dagelijks Bestuur van de Belastingsamenwerking West-Brabant kan nadere regels geven
met betrekking tot de heffing en de invordering van de onroerende-zaakbelastingen.
3