Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 39179]
Het verplaatsen van de bebouwing naar elders op het terrein leidt, gezien het kwetsbare evenwicht tussen
bebouwing en landschap niet tot een aanvaarbare oplossing.
De inpassing van de bebouwing in de Groene Kamers is zorgvuldig gedaan. De bebouwing zal in 3 losse
blokken gerealiseerd worden en worden ingebed in een groene omgeving. Het parkeren zal geschieden in
een ondergrondse, halfverdiepte, parkeerlaag per bouwblok, vrijwel geheel onder de bebouwing. De
bouwblokken worden op een afstand van 20 meter van elkaar gesitueerd, zodat de openheid van de
Groene kamers wordt gerespecteerd en hersteld ten opzichte van de huidige situatie. Het grondoppervlak
van de bestaande Berkenhofschool is groter dan de som van de oppervlakte van de 3 los van elkaar
gesitueerde bouwvlakken.
Ten aanzien van het gestelde betreffende de gevolgen voor o.a. de natuurlijke duisternis geldt het
volgende. De Klokkenberg ligt in een gebied dat in het Reconstructieplan De Baronie is aangeduid als
"donker gebied". Dat houdt in dat de ontwikkelaar van het gebied verplicht is een onderzoek te laten
uitvoeren of activiteiten op de Kokkenberg lichthinder veroorzaken op met name flora en fauna.
Door SchreuderGroep is op 4 november 2011 opgesteld het rapport "Geluidbelasting, lichthinder, externe
veiligheid en luchtkwaliteit". Ten aanzien van het onderdeel lichthinder is onderzoek gedaan naar de te
stellen eisen aan de toelaatbare hoeveelheid verlichting en naar de mogelijkheden van technische- en
beheersmaatregelen. Dit onderzoek is erop gericht dat beschermde soorten geen nadelige gevolgen
zullen ondervinden van de buitenverlichting.
Inmiddels is in opdracht van ontwikkelaar Vitalis een verlichtingsplan voor de parkaanleg van Landgoed
de Klokkenberg opgesteld. In dit plan wordt de huidige verlichting vervangen door dimbare verlichting
Door adviesbureau SchreuderGroep is op 3 september 2012 een memo opgesteld, waarin dit
verlichtingsplan getoetst wordt en waarin inzichtelijk wordt gemaakt dat het voorstel bijdraagt aan de
doelstelling van de Baronie, namelijk het bevorderen van de duisternis in de tot "donker gebied'
aangegeven gebieden.
Ten overvloede wordt op gemerkt dat de door reclamant gebezigde term RNLE, een term die voorkwam
in het Streekplan van Noord-Brabant, niet meer terugkomt in de Verordening ruimte. Een equivalent
hiervan is nu de "groenblauwe mantel".
Door de provincie is getoetst of het plan niet in strijd is met de te beschermen provinciale belangen zoals
neergelegd in de Verordening ruimte
De provincie is van mening dat de bebouwing die geprojecteerd is in de Groenblauwe mantel, bebouwing
betreft die er al staat of dat het bestaande bouw- en bestemmingsvlakken betreft. Hoewel er wel
uitbreiding van bebouwing plaatsvindt wordt er ook storende/niet-functionele bebouwing en
terreinverharding opgeruimd. Daardoor neemt per saldo de oppervlakte verhard/bebouwd oppervlak af.
De provincie kan in principe instemmen met bebouwing in de Groene kamers als vervanging van de
bestaande bebouwing. Daarbij is als voorwaarde gesteld dat de nieuwe bebouwing qua hoogte en
uitstraling ondergeschikt dient te zijn aan het hoofdgebouw.
Tevens stelt de Verordening ruimte dat bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen de initiatiefnemer dient te
zorgen voor een kwaliteitsverbetering van het landschap om daarmee het verlies aan omgevingskwaliteit
te beperken. De provincie heeft verklaard dat het plan voldoet aan de bepalingen inzake
kwaliteitsverbetering (art. 2.1 en 2.1 van de Verordening ruimte). Dit omdat het plan gericht is op behoud
van een cultuurhistorisch waardevol complex (rijksmonument), de bebouwing al mogelijk is volgens het
vigerend bestemmingsplan en het feit dat er ruim 5 hectare wordt voorzien van een nieuwe
natuurbestemming aansluitend aan de EHS. Ook meent de provincie dat in het plan voldoende met de
reservering als waterbergingsgebied rekening wordt gehouden.
2.2. Bebouwing Schoondonk
Samenvatting
Reclamant vindt het terugbrengen van het aantal bouwvlakken van 3 naar 2 een verbetering van het plan.
Constateert echter dat de aanduiding op de verbeelding ten aanzien van het bebouwingspercentage is
gerelateerd aan het terrein en dat komt niet overeen met de planregels waar het percentage is
gerelateerd aan het bouwvlak. Reclamant veronderstelt dat hier sprake is van een fout op de verbeelding
en verzoekt dit te herstellen. Het bebouwingspercentage moet gerelateerd zijn aan het bouwvlak.