Toelichting bij de Verordening Langdurigheidstoeslag Breda 2013 De doelstelling van deze verordening is het op aanvraag bieden van financiële ondersteuning wanneer men langdurig op een laag inkomen is aangewezen. De gemeente kan zelfde hoogte van de langdurigheidstoeslag vaststellen en de doelgroep bepalen. Een belanghebbende komt slechts eenmaal per 12 maanden voor de langdurigheidstoeslag in aanmerking. Om de doelgroep af te bakenen dient de gemeente een aantal criteria nader in te vullen, zoals het begrip 'laag inkomen' en welke termijn aan het begrip 'langdurig verbonden wordt. Op grond van artikel 8, in combinatie met artikel 36 van de WWB, stelt de gemeenteraad van Breda de Verordening Langdurigheidstoeslag Breda 2013 vast. Artikelgewijze toelichting In onderstaande toelichting wordt ingegaan op een aantal artikelen, dat toelichting behoeft Artikel 1 Begripsbepalingen In dit artikel worden definities gegeven van begrippen die meer dan eens in de verordening voorkomen, en waarvan het van belang is dat er telkens hetzelfde onder wordt verstaan In een aantal gevallen wordt verwezen naar definities in de WWB om ervoor te zorgen dat er zoveel mogelijk aansluiting blijft bij de wetgeving die van toepassing is. Gekozen is, de referteperiode vast te stellen op 3 jaar, ofwel 36 maanden voorafgaand aan de peildatum. Hiermee is meteen invulling gegeven aan het begrip langdurig Dus over de duur van de referteperiode wordt bepaald of iemand langdurig een laag inkomen heeft. Onder peildatum wordt het volgende verstaan: de datum waarop in enig jaar het recht op de langdurigheidstoeslag ontstaat. Uitgangspunt van de regeling is dat het besluit tot toekenning van de langdurigheidstoeslag een zogenaamd rechtsvaststellend besluit is. De aanspraak bestaat reeds op grond van artikel 36 WWB en dat wordt slechts vastgesteld door middel van een toekenningsbesluit. Daarmee hangt samen dat met terugwerkende kracht kan worden aangevraagd en toegekend tot 1 januari 2013 en dat beoordeeld wordt wat de eerste mogelijke peil- en ingangsdatum van het recht op de langdurigheidstoeslag is. Als men op de peildatum dus bijvoorbeeld gehuwd was en op de aanvraagdatum alleenstaand, dan is de situatie op de peildatum gehuwd) leidend Artikel 2 Aanvraag Een langdurigheidstoeslag wordt op aanvraag verleend (artikel 36 lid 1 WWB). Ambtshalve verstrekking van de toeslag is niet mogelijk. Op grond van wetswijziging per 1 juli 2013 is aanvragen met terugwerkende kracht over voorgaande jaren niet meer mogelijk. Deze verordening werkt, na vaststelling en publicatie, terug tot 1 januari 2013. Artikel 3 Doelgroep Lid 1. De doelgroep is in feite iedereen die aan de criteria voldoet welke in deze verordening nader zijn ingevuld. Inwoners die uitzicht hebben op inkomensverbetering, ondanks dat zij langdurig zijn aangewezen op een laag inkomen, zijn in principe uitgesloten van de langdurigheidstoeslag. Vanwege de aanhoudende economische crisis komt de doelgroep die, ondanks dat zij uitzicht hebben op inkomensverbetering, maar wie het, vanuit de uitkeringssituatie, toch lukt om (tijdelijk) reguliere arbeid te aanvaarden, maar daarmee niet meer inkomsten genereren dan 110% van de bijstandsnorm, toch in aanmerking voor de langdurigheidstoeslag Lid 2. Verder zijn bepaalde specifieke groepen uitgesloten van het recht op de langdurigheidstoeslag Het gaat hier om personen die in principe wel aan de voorwaarden zouden voldoen maar van wie gesteld kan worden dat een recht op de langdurigheidstoeslag niet overeen zou komen met de aard en doelstelling ervan Verordening Langdurigheidstoeslag Breda 2013 5

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2013 | | pagina 63