Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 41048]
Beoogd effect van het besluit
Het onderhavige besluit biedt de mogelijkheid tot het uiteindelijk afgeven van de omgevingsvergunning
voor de tijdelijke huisvesting van het dierenasiel in een agrarische bedrijfsloods aan de Nieuwe Bredase
Baan 5.
Uitvoering van het besluit
Nadat het besluit is genomen, verloopt het proces zoals onder het kopje "juridisch" is aangegeven.
Argumenten
Het oude dierenasiel voldoet al jaren niet meer aan de wettelijke eisen, het pand is verouderd en te klein
geworden. Sloop en nieuwbouw ter plaatse is inmiddels voorzien en de vergunning hiervoor is verleend.
Een tijdelijke locatie voor de opvang van de aanwezige dieren is noodzakelijk tijdens de sloop en
nieuwbouw van het dierenasiel. Deze is gevonden in een lege en te koop staand agrarisch
bedrijfsgebouw aan de Nieuwe Bredase Baan 5, welke gedurende circa 18 maanden gehuurd zal worden.
Van de ter plaatse aanwezige bebouwing zal circa 1000 m2 nodig zijn voor de tijdelijke opvang en zal
slechts zeer gering een interne verbouwing hoeven te ondergaan.
De locatie ligt in de groen-blauwe mantel en in dergelijke gebieden is er de mogelijkheid om vrijkomende
agrarische bebouwing (VAB) om te zetten naar de bestemming maatschappelijk (waartoe een dierenasiel
behoort) met een maximum oppervlakte van 5000 m2. Overtollige bebouwing dient te worden gesloopt en
er moet voldaan worden aan kwaliteitsverbetering buitengebied.
Omdat de locatie slechts tijdelijke wordt gebruikt behoeft er, in uitzondering op het hierboven vermelde,
niet te worden gesloopt en is ook kwaliteitsverbetering niet van toepassing.
In de Verordening ruimte 2012 ligt de locatie ook binnen het attentiegebied EHS.
Omdat er geen bebouwing of verharding toegevoegd wordt, treedt er geen verandering op van de
hydrologische situatie.
Volgens de gemeentelijke parkeernorm zijn er 12 parkeerplaatsen nodig; op het terrein is voldoende
verharding aanwezig om op eigen terrein aan deze parkeerbehoefte te voldoen.
Om aan het verzoek medewerking te kunnen verlenen moet de afwijkingsprocedure van artikel 2.12, lid 1
sub a onder 3° Wabo doorlopen worden. Nadat de hierboven genoemde afwijkingsprocedure is gevolgd,
kan vervolgens een besluit omtrent de omgevingsvergunning door het college genomen worden.
In artikel 2.12, lid 2 is bepaald dat, indien de vergunning betrekking heeft op een activiteit voor een
bepaalde termijn, de vergunning verleend kan worden indien zij niet in strijd is met een goede ruimtelijke
ordening.
In tegenstelling dus tot artikel 2.12., lid 1, onder a, 3°, waar is aangegeven dat er geen strijd mag zijn met
een goede ruimtelijke ordening en de motivering een goede ruimtelijke onderbouwing omvat, mag op
grond van lid 2 volstaan worden met de motivering dat het verzoek niet is in strijd is met een goede
ruimtelijke ordening.
Goede ruimtelijke ordening
Voor de nieuwbouw van het dierenasiel aan de Oude Baan 60 is een omgevingsvergunning verleend.
Tijdens de sloop en nieuwbouw van het dierenasiel is gedurende 18 maanden een tijdelijke opvang van
18 maanden noodzakelijk voor de honden en katten van het dierenasiel.
Voor de overwegingen van de goede ruimtelijke ordening wordt verwezen naar de bijgevoegde memo d.d.
29 mei 2013.