Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 40726] Het argument dat extra leegstaande meters kantoorruimte de waarde van het eigen vastgoed neerwaarts beïnvloedt, kan niet als een relevant planologische argument worden aangemerkt. Daarnaast is de vestiging van een zelfstandig kantoor op Hoogeind ook niet toegestaan. Detailhandel Appellant plaatst vraagtekens bij de ontwikkeling van de detailhandel binnen Park de Bavelse Berg. Hierbij wordt verwezen naar een aanvullend extern onderzoek dat de gemeente heeft laten uitvoeren voor een ander project. De onderbouwing voor de detailhandel binnen het onderhavige plangebied, zowel het type als de omvang, is middels een aanvullend extern onderzoek ("Breda Bavelse Berg, distributieve mogelijkheden en effecten detailhandel", december 2012) voldoende in beeld gebracht. Dat is een parallel met het project waar naar verwezen wordt. Ook voor het plan Park de Bavelse Berg is onderzocht (gezien de gewijzigde marktomstandigheden), wat de huidige marktruimte voor het betreffende type detailhandel is. Het uitgevoerde onderzoek toont aan dat er mede vanwege de uniciteit van het concept en het type detailhandel voldoende marktruimte is Verkeer De mobiliteitsplannen vervullen een rol in de bereikbaarheid van het evenementencomplex bij grootschalige evenementen. Bij dit type evenement is de aanwezige parkeercapaciteit (mogelijk) onvoldoende om aan de vraag te voldoen. Het is in dat geval gebruikelijk dat aan bezoekers alternatieven worden aangeboden om bij het evenement te komen. Daarbij kan gedacht worden aan alternatieve parkeerlocaties elders in de omgeving met een aansluitende shuttlebus. Ook kan gedacht worden aan het instellen van een incidentele, directe busverbinding met het centraal station van Breda. Hierdoor kan via deze routes maximaal "vervoersrendement" worden bereikt. Deze alternatieve vervoerswijzen worden afgestemd op de aard van het evenementen en de verwachte bezoekersstroom Hierdoor is ieder mobiliteitsplan uniek en optimaal toegesneden op de vervoerssituatie. De gemeente beoordeelt de mobiliteitsplannen die per evenement worden opgesteld en bepaalt uiteindelijk of deze goedgekeurd worden. Naast goede mobiliteitsplannen is de feitelijke doorstroming één van de belangrijkste aspecten van een goed functionerend evenemententerrein. Op dit moment worden door de gemeente en externe betrokken partijen hiervoor de randvoorwaarden en uitgangspunten opgesteld en wordt bekeken hoeveel verkeer er straks zal zijn en hoe dit optimaal kan worden afgewikkeld. Uiteraard is het daarbij van belang dat de doorstroming op de rijksweg A27 en de Zuidelijke Rondweg, alsmede andere (hoofd)wegen, wordt gegarandeerd. Dit is uitgangspunt voor het nieuwe ontwerp van de ontsluitende infrastructuur Privaatrechtelijk is vastgelegd dat de evenementenzone niet in gebruik mag worden genomen als de toeleidende infrastructuur (conform eisen en wensen gemeente en Rijkswaterstaat) niet is goedgekeurd Daarnaast wordt met behulp van de software in de verkeerslichtinstallaties gekeken of er nog speciale regelprogramma's geschreven moeten worden die pieken als gevolg van grote evenementen op kunnen vangen. Momenteel draait de verkeerslichtinstallatie een programma dat gericht is op het zo optimaal mogelijk ontsluiten van het verkeer komende van en naar de stad Op het moment dat er een evenement is, zijn er andere verkeersstromen waardoor de verkeersregelautomaat een ander programma kan draaien. Parkeren In de zienswijze wordt gesproken over betaald parkeren op het evenemententerrein Dit doet vermoeden dat betaald parkeren een zekerheid zou zijn. Uitgangspunt is echter dat er sprake is van vrij parkeren. Bij die evenementen waartoe een mobiliteitsplan opgesteld dient te worden, is het streven te werken met combitickets Dit zijn toegangskaarten waarbij ook een parkeerkaart in de prijs is inbegrepen. Dit houdt in dat de parkeerterreinen die beschikbaar zijn ten volle benut zullen worden en van wild parkeren in de omgeving geen sprake zal zijn Ook indien er sprake is van betaald parkeren geldt als uitgangspunt dat te allen tijde dat parkeeroverlast in de omgeving moet worden voorkomen. Conclusie De zienswijze ongegrond te verklaren -24-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2013 | | pagina 48