Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 40726] Appellant verzoekt de gemeente om de uitkomsten van het overleg met het waterschap duidelijker in het plan op te nemen. De gemeente heeft het waterschap Brabantse Delta al sinds 2008 betrokken bij de planontwikkeling Hen is toen reeds gevraagd om eisen en randvoorwaarden en heeft toen al technisch inzichtelijk gemaakt welke consequenties het (oude) plan had op de lokale waterhuishouding. In dit nieuwe plan is het waterschap op verschillende momenten betrokken zoals beschreven in paragraaf 1.4 van de waterparagraaf. Het waterschap heeft de waterparagraaf en de aanpak van het bestemmingsplan goedgekeurd. Het waterschap heeft op 18 januari 2013 een zienswijze ingediend op het bestemmingsplan waarbij zij aangeeft voldoende mogelijkheden te zien om het plan waterhuishoudkundig juist in te vullen. De verdere uitwerking zal hierbij via de gedetailleerde invulling van de wateropgave in de watervergunning (verder) geregeld worden. De gemeente is van mening dat uit het goedkeuren van de waterparagraaf en de inhoud van de haar zienswijze het waterschap voldoende en op juiste wijze is betrokken bij het opstellen van het bestemmingsplan. De gemeente zal het waterschap verder betrekken bij de verdere uitwerking. Ten aanzien van de vraagstelling aangaande gebiedsvreemd water, het volgende In de visie van de gemeente is geen sprake van (een veranderende hoeveelheid) gebiedsvreemd water. Het plan veroorzaakt qua aanvoer van oppervlaktewater geen veranderingen in het regionale watersysteem Het plan (met haar bebouwing) zorgt wel voor een versnelde afvoer van regenwater van verhard oppervlak maar die versnelde afvoer moet geretendeerd worden. De kwaliteit van het regenwater wordt vrijwel niet beïnvloed door het verhard oppervlak gezien de aard van het verhard oppervlak zijnde bedrijven, een evenementencomplex en wegen De terreinen die te vervuild zijn zullen op de riolering worden aangesloten. De ontwikkeling zal daarmee een te verwaarlozen verandering in de oppervlaktewaterkwaliteit hebben. Ladder voor duurzame verstedelijking Appellant wijst erop dat de Ladder voor duurzame verstedelijking wordt gemist in het ontwerp van het bestemmingsplan In het definitieve bestemmingsplan is hierover alsnog tekst toegevoegd De ladder voor duurzame verstedelijking kent drie treden die achter elkaar worden doorlopen, om tot een goede en gezonde onderbouwing van een locatie voor een nieuwe, grootschalige stedelijke ontwikkeling te komen. Trede 1: is er een regionale behoefte? Trede 2 Is deze regionale behoefte op te vangen binnen het bestaand stedelijk gebied9 Trede 3 Als dat niet mogelijk is, zoek een locatie die multimodaal bereikbaar is of kan worden gemaakt. De ladder van duurzame verstelijking is uitgebreid opgenomen in de Toelichting van het bestemmingsplan. Dit als gevolg van deze zienswijze. Onderstaand een korte samenvatting van de inhoud van elk der treden Trede 1 - Is er regionale behoefte? In het bovenstaande is dit ten aanzien van detailhandel en bedrijventerreinen reeds beantwoord In het onderstaande komt het evenementencomplex en vrijetijdspark aan de orde Sinds het sluiten van evenementencomplex het Turfschip is er een blinde vlek in de regio ontstaan De dichtstbijzijnde evenementenhallen liggen allen buiten West-Brabant, te weten de Brabanthallen in s- Hertogenbosch, de Zeelandhallen in Goes, Ahoy in Rotterdam, de Jaarbeurs in Utrecht en het Sportpaleis in Antwerpen In het kader van haar centrale rol in de regio wil Breda deze voorziening nieuw leven inblazen omdat evenementen voorzien in de behoefte aan fysieke ontmoetingen. Het vrijetijdspark biedt een totaalaanbod voor vrijetijdsbesteding, zodat men zonder er zelf veel moeite voor te hoeven doen, op hoog niveau vermaakt kan worden. Het accent ligt hierbij op inspannen en beleven', zowel binnen als buiten in een parkachtige setting Dit is een uniek en ontbrekend concept in de regio Trede 2 - Is de regionale behoefte op te vangen in het bestaand stedelijk gebied9 De voorzieningen binnen het Park de Bavelse Berg zijn veelal grootschalig. De evenementenhal en de detailhandel zullen worden gehuisvest in grote bouwvolumes. Bouwvolumes die in maat en schaal niet of nauwelijks in de historische delen van de stad gesitueerd kunnen worden. Ook de met deze functies samenhangende verkeerstromen zijn grootschalig. Deze verkeersstromen zijn moeilijk te accommoderen -39-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2013 | | pagina 63