Artikel 5
Jaarvergunningen huishoudens
2.
3.
De aanvrager van een huishouden komt in aanmerking voor een jaarvergunning, geldig binnen een conform
artikel 3 aangewezen vergunninggebied, indien:
a. de aanvrager van het huishouden voldoet aan het bepaalde in artikel 4, eerste lid, aanhef en onder a,b
en c.
én
b. het huishouden reeds in het bezit is van een basisvergunning en het huishouden beschikt over meer
dan 1 motorvoertuig
óf
c. het huishouden niet in aanmerking komt voor een basisvergunning, aangezien het huishouden
beschikt over (eigen) parkeergelegenheid en beschikt over meer dan 1 motorvoertuig.
Een jaarvergunning wordt alleen afgegeven indien de beschikbare parkeerruimte dat naar het oordeel van het
college toelaat.
Een jaarvergunning wordt afgegeven per kenteken van elk motorvoertuig waarvan de aanvrager van dat
huishouden eigenaar of houder is, tot een maximum van driejaarvergunningen per huishouden.
Artikel 6 Basisvergunningen bedrijven
1. Een bedrijf komt in aanmerking voor maximaal één basisvergunning op kenteken, geldig binnen een conform
artikel 3 aangewezen vergunninggebied, indien aan de volgende voorwaarden voldaan wordt:
a. het bedrijf feitelijk geheel of gedeeltelijk is gevestigd binnen het betreffende vergunninggebied;
én
b. het bedrijf dan wel een werknemer van het bedrijf eigenaar of houder van een motorvoertuig is;
én
c. bij het bedrijf geen eigen parkeergelegenheid behoort danwel wanneer het bedrijf niet kan ot had kunnen
beschikken over eigen parkeergelegenheid anderszins.
2. Indien een bedrijf conform het bepaalde in lid 1 in aanmerking komt voor een basisvergunning, kan het college
deze vergunning verlenen indien de beschikbare parkeerruimte dat naar het oordeel van het college toelaat.
3. Indien een bedrijf conform het bepaalde in lid 1 in aanmerking komt voor een basisvergunning en deze
vergunning niet verleend wordt omdat de beschikbare parkeerruimte het naar het oordeel van het college niet
toelaat, wordt dit bedrijf op een wachtlijst geplaatst.
Artikel 7 Jaarvergunningen bedrijven
1. Een bedrijf komt in aanmerking voor een jaarvergunning, geldig binnen een conform artikel j aangewezen
vergunninggebied, indien:
a. het bedrijf voldoet aan het bepaalde in artikel 6, eerste lid aanhef en onder a en b;
én
b. het bedrijf de jaarvergunning(en) nodig heeft voor de bedrijfsvoering;
én
c. het bedrijf reeds in het bezit is van een basisvergunning;
óf
d. het bedrijf niet in aanmerking komt voor een basisvergunning, aangezien het bedrijf beschikt over
eigen parkeergelegenheid.
2. Een jaarvergunning wordt alleen afgegeven indien de beschikbare parkeerruimte dat naar het oordeel van het
college toelaat.
3. Een jaarvergunning wordt afgegeven op kenteken van elk motorvoertuig waarvan de aanvrager van dat
bedrijf eigenaar of houder is, tot een maximum van zes jaarvergunningen per bedrijt.
Artikel 8. Tijdelijke vergunningen
1Bewoners of bedrijven die tijdelijke activiteiten moeten uitoefenen in door het college conform artikel 3 eerste
lid aangewezen vergunninggebied en voor de uitoefening van de werkzaamheden naar het oordeel van het
college een motorvoertuig nodig hebben, kunnen een tijdelijke vergunning krijgen voor één week of één
maand.
2. Indien een bewoner of bedrijf conform het bepaalde in lid 1 in aanmerking komt voor een vergunning kan het
college deze vergunning verlenen indien de beschikbare parkeerruimte dat naar het oordeel van het college
toelaat.
Pagina 4 van 9