Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 409951 Brabant, hetgeen moest leiden tot een versnellingsagenda voor de veehouderij. Deze versnellingsagenda geeft concreet aan hoe de sector zich de komende jaren dient te ontwikkelen Hierbij zijn ook veebezettingen gebruikt per ha. De gemeente beschouwt het hanteren van de door de commissie van Doorn aangegeven veebezetting per ha bouwvlak als meest actueel en algemeen geaccepteerd. Deze mening wordt verder gedeeld door de Commissie voor de m e r 5 In de berekeningen is inderdaad geen rekening gehouden met strengere emissie-eisen voor rundveestallen uit de Verordening Stikstof en Natura 2000. Er is gerekend met de hoogste emissiefactor volgens de Regeling ammoniak en veehouderij, zijnde dat melkkoeien permanent worden opgestaid. Met betrekking tot de Verordening Stikstof en Natura 2000 en het niet hanteren hiervan in het milieueffectrapport het volgende' Voor nieuwbouw van stallen gelden volgens de Verordening Stikstof en Natura 2000 strenge emissiefactoren, voor bestaande stallen gelden deze factoren niet. Een initiatiefnemer die nieuw wil bouwen hoeft zijn bestaande stallen nog niet aan te passer Hier kurner dieren gehouden worden met een emissiefactor die nog hoger ligt dan de door ons gehanteerde BB - waarden (Best Beschikbare Technieken). Met gebruikmaking van interne saldering kan het bedrijf voldoen aan nationale wetgeving Over het totale bedrijf bezien zal de emissie oer dierplaats ergens liggen tussen de bestaande emissiefactor en de strenge waarde vojgens de Verordening atikstof en Natura 2000. De overschatting van stikstofemissie en - depositie is daarom minder als wordt verondersteld. Pas in 2028 moet het gehele bedrijf voldoen aan de strengere emissie-eisen. De Verordening Stikstof en Natura 2000 is een beleidsdocument wat door voortschrijdende inzichten aan veranderingen onderhevig is. Om deze reden is besloten ons niet volledig te baseren op de emissiegrenswaarden zoals hierin zijn opgenomen, maar hebben ons gericht op generieke nationale wetgeving omtrent het aspect ammoniak-Zstikstofdepositie. De berekeningen in het MER geven ten opzichte van de eisen uit de Verordening Stikstof en Natura 2000 een overschatting van de optredende emissie (en depositie) Echter, dit doet niet af aan de conclusies. Er zal bij uitbreiding van stallen toename van de emissie van NOx plaatsvinden, weliswaar minder dan nu berekend, maar nog altijd significant negatief. De overspannen situatie in het Ulvenhoutse Bos brengt met zich mee dat elke toename aangemerkt wordt als significant negatief Bestemmingsplan a. In de begripsbepalingen zijn definities opgenomen van teeltondersteunende voorzieningen en tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen. In principe zijn alle voorzieningen hier nu mee benoemd en wordt niet ingezien waarom er hier nog een aantoegevoegd zou moeten worden. b. Zie voor beoordeling onder het kopje milieueffectrapport. c. Deze regel is in het plan opgenomen teneinde te voorkomen dat er gebouwen opgericht gaan worden die niet noodzakelijk zijn voor de bedrijfsvoering. Een en ander om onnodige verstening van het buitengebied tegen te gaan. Dit zal niet tot kostenverhoging leiden omdat deze advieskosten verrekend zijn in de bouwleges zoals die zijn opgenomen in de Legesverordening Breda d. Teneinde de tijdelijkheid van de voorzieningen te benadrukken is er voor gekozen deze aan een maximale termijn te binden van 6 maanden. In de praktijk kunnen ondernemers hier ook mee uit de voeten om het oogstseizoen voor de vollegrondskwekers. voor wie de voorzieningen zijn bedoeld, feitelijk binnen deze 6 maanden plaatsvindt. Niet wordt ingezien waarom dit verder uitgebreid zou moeten worden naar 8 maanden. Er is door de gemeente een duidelijke keuze gemaakt om de huisvesting van seizoensarbeiders (arbeiders die alleen tijdens het oogstseizoen naar Nederland komen) op de bedrijven mogelijk te maken waar ze werkzaam zijn. Alle andere arbeidsmigranten zullen in het bestaand stedelijk gebied gehuisvest moeten worden. e. Deze zijn in het plan nu gelijkgetrokken. Het is nu overal maximaal 200 m2 zoals ook oorspronkelijk de bedoeling is geweest. De hoogtes die in het plan rechtstreeks zijn toegestaan zijn afgestemd op de praktijk en geven de ondernemers voldoende ruimte Het gaat in dit kader om uitzonderingen als het op basis van eisen vanuit de overheid aangepast moet worden. Het is niet zo dat het altijd wordt toegestaan. Artikel I 5 kent overigens een algemene afwijkingsmogelijkheid van 10% als dit om technische redenen noodzakelijk en/of gewenst zou zijn. g- -11-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2013 | | pagina 41