monument als bedoeld in artikel 2.1eerste lid, onder f, van de Wabo,
of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van
de Wabo met betrekking tot een krachtens de gemeentelijke
monumentenverordening aangewezen monument, waarvoor op
grond van die gemeentelijk verordening een vergunning of ontheffing
is vereist, bedraagt het tarief 20% van het op grond van onderdeel
2.3.1.1 verschuldigde bedrag,
met een maximum van:
2.3.6.2 Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning
betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd
stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1eerste lid, onder h, van
de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens de
gemeentelijke monumentenverordening aangewezen stads- of
dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo,
waarvoor op grond van die verordening vergunning of ontheffing is
vereist, bedraagt het tarief:
2.3.7 Gereserveerd
2.3.8. Gereserveerd
2 3 9 Uitweg/inrit
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning
betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen
van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van artikel 2.1.4.3
van de 'Algemene plaatselijke verordening Breda 2004' een
vergunning is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en
onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:
2.3.10 Kappen
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning
betrekking heeft op het vellen of doen vellen van een houtopstand,
waarvoor op grond van artikel 2 van de 'Bomenverordening Breda
2010' een vergunning is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid,
aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:
2.3.10.1 indien de aanvraag betrekking heeft op het kappen:
a. voor een boom met een stamomtrek van 32 cm tot 125 cm
gemeten op 1,30 meter boven het maaiveld
b voor een boom met een stamomtrek van 125 cm tot 185 cm
gemeten op 1,30 meter boven het maaiveld
c. voor elke eenheid van 60 cm stamomtrek of een gedeelte
daarvan boven de 184 cm gemeten op 1,30 meter boven het
maaiveld, wordt het bedrag van 73,11 vermeerderd met:
tot een maximum van:
2.3.10.2 Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning
betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand,
waarvoor op grond van artikel 2 juncto artikel 5, lid 3 van de
'Bomenverordening Breda 2010' een vergunning is vereist, als
bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo,
bedraagt het tarief:
2 3.10.3 Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning
als bedoeld in 2.3.10.1 betrekking heeft op een houtwal bestaande uit
bomen (haag of heg), heesters en/of struiken met een minimale
1.934,81
128,98
201,41
36,57
73,11
14,23
121,10
409,50
36,57