Gemeente Breda Raadsbesluit Registratienr: 41700] Artikel 4 1. Het burgerinitiatief wordt schriftelijk ingediend bij de voorzitter van de raad. 2. Het burgerinitiatief wordt ondersteund door tenminste het volgende aantal ingezetenen van zestien jaar en ouder: a. voor verzoeken met een buurtgericht karakter: 5 van het aantal initiatiefgerechtigde buurtbewoners; peildatum daarbij is 1 januari voorafgaand aan de datum van indiening. b. voor verzoeken met een wijkgericht karakter: 2 van het aantal initiatiefgerechtigde wijkbewoners; peildatum daarbij is 1 januari voorafgaand aan de datum van indiening. c. voor verzoeken met een wijkoverstijgend of gemeentelijk karakter: 1 van het aantal initiatiefgerechtigde inwoners; peildatum daarbij is 1 januari voorafgaand aan de datum van indiening. I. De ondersteuning bedoeld in lid 2 blijkt uit ondertekening door de ingezetene van een aan het burgerinitiatief gehecht formulier. Daartoe dient gebruik te worden gemaakt van het bij deze verordening als bijlage gevoegde en als zodanig behorende formulier 'handtekeningenlijst burgerinitiatief. II. Een ondertekening als bedoeld in het vorige lid is pas geldig als naast de handtekening tevens de naam, het adres en de geboortedatum, volgens de GBA, van de ingezetene worden vermeld. Artikel 5 1Het burgerinitiatief bevat een voorstel aan de raad voor een door de raad te nemen besluit, voorzien van een motivering. 2. De initiatiefnemer vermeldt het te bereiken doel en de naar zijn mening noodzakelijke middelen om dit doel te bereiken. Tevens vermeldt hij een globale raming van de kosten die met de uitvoering gemoeid zullen zijn. 3. Het burgerinitiatief vermeldt de naam, adres en de geboortedatum van minimaal een en maximaal drie ingezetenen die als initiatiefnemers optreden. Artikel 6 1De voorzitter van de raad toetst een burgerinitiatief aan de eisen als bedoeld in de artikelen 3, 4 en 5 en kan, indien het burgerinitiatief naar zijn oordeel niet aan deze eisen voldoet, besluiten het burgerinitiatief niet naar de raad door te geleiden. 2. Indien een burgerinitiatief niet voldoet aan de eisen bedoeld in de artikelen 4 en 5 stelt de voorzitter van de raad voordat hij een besluit neemt als bedoeld in het eerste lid de initiatiefnemers bedoeld in artikel 5, derde lid, gedurende een termijn van ten hoogste vier weken in de gelegenheid om de vastgestelde gebreken te herstellen. 3. De termijn in het tweede lid vangt aan met ingang van de datum van dagtekening van de schriftelijke mededeling bedoeld in het tweede lid. 4. De voorzitter van de raad deelt de initiatiefnemers schriftelijk mede of hij het burgerinitiatief wel of niet naar de raad zal doorgeleiden. Artikel 7 1De voorzitter van de raad informeert het Fractievoorzittersoverleg in de eerstvolgende vergadering van dit overleg over een ontvangen burgerinitiatief, tenzij de agenda hiervoor reeds is verzonden. 2. Het Fractievoorzittersoverleg adviseert de voorzitter van de raad over de vraag aan welke raadscommissie een door de voorzitter van de raad doorgeleid burgerinitiatief voor advies wordt voorgelegd, waarna de voorzitter van de raad hierover besluit. 3. De voorzitter van de raad zendt het voorstel, op de juiste wijze geredigeerd, voor advies aan een door hem aangewezen raadscommissie. Tevens zendt hij het voorstel aan het college van burgemeester en wethouders. 4 Alvorens de raadscommissie zijn advies aan de raad uitbrengt, wordt het college in de gelegenheid gesteld een advies aan de commissie te zenden. Het college krijgt hiervoor zes weken de gelegenheid, te rekenen vanaf de dag waarop het initiatiefvoorstel van de voorzitter van de raad is ontvangen. 5. De raadscommissie agendeert het voorstel voor zijn eerstvolgende reguliere vergadering, nadat het advies van het college is ontvangen, tenzij de uitnodiging en agenda voor deze vergadering al is verzonden. 6. De voorzitter van de raadscommissie stelt een of meer initiatiefnemers, als bedoeld in artikel 5, derde lid, in de gelegenheid om deel te nemen aan de beraadslaging in de commissie over het burgerinitiatief. -2

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2014 | | pagina 8