Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 42049] Aan de achterzijde worden 4 woningen en een garage gebouwd die grenzen aan de tuin en dit neemt niet alleen de vrijheid en rust weg maar ook zonlicht. Er wordt gebouwd met een hoogte van 11 meterterwijl reclamanten zelf destijds niet te hoog mochten bouwen. Toen reclamanten 20 jaar geleden het huis kochtenwas er geen bestemming voor woningen. Beoordeling Ad 8 1. Voor de eengezinswoningen op het binnengebied is een goot- en nokhoogte van 7 en 11 meter opgenomen Dit is iets hoger dan in 2010 in het bestemmingsplan Ulvenhout voor woningen is opgenomen daarin is namelijk een goothoogte van 6 meter en een nokhoogte van 10 meter aangegeven. De verhoging heeft onder andere te maken met het nieuwe Bouwbesluit waarin is bepaald dat een iets hogere maat voor woningen verplicht is en om die reden worden ook in recent opgestelde bestemmingsplannen deze maten opgenomen. De eengezinswoningen in het nu voorliggende plan zullen overigens deze maximaal toegestane bouwhoogte niet halen, zij hebben een nokhoogte van 10,7 meter Bovendien zijn de kappen van de twee-onder-een-kapwoningen aan alle vier de kanten schuin (schildkap), zodat het dak zo klein mogelijk wordt gehouden en er zoveel mogelijk licht en ruimte ontstaat. Er is in het huidige bestemmingsplan, maar ook in het bestemmingsplan van 20 jaar geleden geen mogelijkheid om woningbouw te realiseren op het achterterrein. Daarom is er een nieuw bestemmingsplan Ulvenhout, Dorpstraat 97 gemaakt om dit mogelijk te maken. In de oorspronkelijke situatie zijn op deze locatie de gebouwen van Van Hooijdonk gelegen. Ondanks dat er juridisch wel bouwmogelijkheden zijn, is het achterterrein nooit bebouwd geweest. Binnen de planologie geldt dat er geen sprake van privacyschending is als er zicht ontstaat op het eigendom van omwonenden van een bouwplan Privacyschending is eerder aan de orde wanneer er op korte afstand zicht ontstaat op het interieur van verblijfsruimten van omwonenden. Hiervan is in dit plan geen sprake In een stedelijke omgeving is bovendien zicht op eikaars eigendommen onvermijdelijk en in principe algemeen aanvaardbaar geacht. Met betrekking tot zonlicht/schaduwwerking is een bezonningsstudie opgesteld. Hierbij is een vergelijking gemaakt tussen de maximale bebouwingsmogelijkheden volgens het geldende en het nieuwe bestemmingsplan. Volgens het geldende bestemmingsplan mag meer gebouwd worden dan op het terrein staat, maar deze mogelijkheden zijn nooit benut. De bezonningsstudie laat zien dat voor het pand Annevillelaan 5 nagenoeg geen verschil is in zonlicht op de woning en in de tuin ten opzichte van de huidige situatie, omdat alleen aan de west- en noordzijde van het pand nieuwe bouwmogelijkheden komen Deze bouwmogelijkheden verschillen amper van de huidige bouwmogelijkheden (er mocht een woning en in het nieuwe bestemmingsplan wordt wederom een woning met nagenoeg dezelfde maten mogelijk gemaakt) Dit is ons inziens acceptabel. De wintermaanden zijn geen leidraad in het bepalen van mogelijke overlast. De wintermaanden zijn geen leidraad in het bepalen van mogelijke schaduwwerking In de wintermaanden is er minder zon en door de lage stand van de zon sowieso al meer en sneller schaduwwerking. Zienswijze 9. De heer en mevrouw Van Beek Samenvatting 9 1 Verhogen en verlaging van de grondwaterstand is niet gewenst De fundering van de uit 1902 stammende woning bestaat uit ijsselsteentjes. Bij verhoging van de grondwaterstand ontstaat er waterschade, bij verlaging is er kans op verzakkingen en scheurschade In de toelichting is aangegeven dat er nog een geohydrologisch onderzoek wordt uitgevoerd en vervolgens zal een keuze gemaakt worden voor de invulling van de wateropgave Reclamanten geven aan dat in afwachting hiervan niet duidelijk is wat de gevolgen voor zijn woning zijn en willen op voorhand een O-meting om de situatie de opstallen te kunnen beoordelen Beoordeling Ad 9 1 Voor de start van de bouw zal door de ontwikkelaar een onafhankelijke nulmeting uitgevoerd worden -13-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2014 | | pagina 53