Gemeente Breda
Toelichting op raadsvoorstel
Registratienr: 42474]
Toelichting op de Verordening gegevensverstrekking basisregistratie personen Breda 2014
Algemeen
De verordening geeft uitvoering aan de artikelen 3.8 en 3.9 van de Wet basisregistratie personen
(hierna: Wbrp). Met de invoering van deze wet op 6 januari 2014 is de Wet gemeentelijke
basisadministratie persoonsgegevens (hierna: Wgba) ingetrokken; daardoor is tevens de
Verordening voorde gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens Breda 2009 vervallen.
De mogelijkheid die de Wgba kende om regels te stellen over ingezetenen van de eigen
gemeente is door de Wbrp overgenomen. Deze verordening geeft daar invulling aan.
Het gaat in deze verordening om de verstrekking door het college van burgemeester en
wethouders (hierna: college) van gegevens uit de basisregistratie, over inwoners van de eigen
gemeente aan:
- organen van de eigen gemeente op grond van artikel 3.8 van de Wbrp (zie artikel 2 van deze
verordening); en
- derden op grond van artikel 3.9 van de Wbrp (zie artikel 3 van deze verordening).
Artikelsgewijze toelichting
Artikel 1 Begripsbepalingen
Hier zijn de voor deze verordening relevante begrippen opgenomen uit de Wet basisregistratie
personen.
Artikel 2 Verstrekkingen aan organen van de gemeente
Met dit artikel wordt het college de bevoegdheid gegeven om gegevens uit de basisregistratie te
verstrekken aan gemeentelijke organen. Het wordt aan het college overgelaten om te regelen
welke gegevens uit de basisregistratie en voor welke taken, aan de verschillende gemeentelijke
organen verstrekt worden. Het college verstrekt de gegevens vervolgens zelf. al dan niet
systematisch, met dien verstande dat slechts gegevens worden verstrekt die noodzakelijk zijn
voor de goede vervulling van de taak van de betreffende organen (zie artikel 3.8, tweede lid, van
de Wbrp).
Artikel 3 Verstrekkingen aan derden
Dit artikel maakt het mogelijk dat op verzoek van een derde aan hem door het college gegevens
worden verstrekt over inwoners van de gemeente.
Door de minister zijn al een groot aantal derden aangewezen die recht hebben op systematische
verstrekking van gegevens door de minister uit de landelijke GBA-V en derden met een bijzonder
maatschappelijk belang aan wie door het college gegevens kunnen worden verstrekt. In bepaalde
gevallen lukt het een derde niet om bij de landelijke GBA-V gegevens op te vragen. In dergelijke
gevallen is het mogelijk dat zij dan een verzoek doen bij het college Het recht op de gegevens
bestaat immers al.
Op grond van de Wbrp kunnen ook gegevens worden verstrekt aan derden als de derde
voorafgaande schriftelijke toestemming heeft van de ingeschrevene over wie gegevens worden
gevraagd (artikel 3.9, eerste lid, aanhef en onder a. van de Wbrp
Er worden echter geen gegevens verstrekt als op de persoonslijst een aantekening over de
beperking van de verstrekking van gegevens aan derden (geheimhouding) is vermeld, als
bedoeld in artikel 3.21eerste lid van de Wbrp