Gemeente Breda
Registratienr: 42601]
Raadsvoorstel
Agendapuntnummer: f
Aantal bijlagen:
Onderwerp
Inrichten financiële reserve voor bodemsanering
Voorgesteld besluit
1Instemmen met de inrichting van een financiële reserve voor bodemsanering.
Inleiding
In Breda komt bodemverontreiniging voor, veelal betreft het een erfenis uit het industriële verleden. Met
bestuursvoorstel 41723 is vastgelegd dat risico's voor mens of milieu beheerst worden. In 2015 zijn alle
humane risico's beheerst, in 2030 alle overige risico's (ecologie en verspreiding).
Risico's beheersen betekent niet dat verontreiniging geheel wordt opgeruimd. Er blijft verontreiniging
achter in onze bodem. Deze verontreiniging veroorzaakt niet direct risico's, maar kan wel ontwikkelingen
belemmeren. Om te voorkomen dat ontwikkeling door bodemverontreiniging stagneert en om de bodem te
saneren is flexibiliteit in inzetbaarheid en tijd van bodemgelden nodig.
Bij een ontwikkeling ter plaatse van bodemverontreiniging wordt er gekeken of er aanvullend onderzoek of
sanering noodzakelijk is. De afgelopen (crisis)jaren hebben weinig ontwikkelingen plaatsgevonden ter
plaatse van verontreinigingen. Bodemgelden moesten daardoor steeds overgeheveld worden per
exploitatiejaar. Omdat nooit helemaal bekend is wanneer ontwikkelingen plaatsvinden, wordt nu een
bodemreserve ingericht.
Er zijn nog steeds verontreinigingen aanwezig op potentiële ontwikkellocaties. Breda ontvangt rijksgelden
voor de aanpak van bodemverontreiniging Voor bodemonderzoek en bodemsanering bestemde gelden
worden via het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV) aan de gemeente uitgekeerd. Het gaat
dus om de inzet van voor bodemsanering bedoelde gelden.
Beoogd effect van het besluit
De inrichting van een bodemreserve heeft de volgende effecten voor de bedrijfsvoering:
1. De gelden zitten nu in de exploitatie en moeten jaarlijks overgeheveld worden. De inrichting van
een bodemreserve voorkomt de noodzaak van jaarlijkse overheveling van bodemgelden.
2. De bedragen die op jaarbasis worden uitgekeerd zijn te beperkt om één volledige bodemsanering
uit te voeren (een gemiddelde sanering kost 2 tot 4 ton). Door de bundeling van de jaarbijdragen
wordt een bedrag van afdoende substantie bereikt.
3. Wanneer er een ontwikkeling is ter plaatse van een bodemverontreiniging zijn er door de
bodemreserve voortaan direct voldoende financiële middelen om te onderzoeken of te saneren
Het eindresultaat is dat enerzijds drempels voor ontwikkelingen worden geslecht en anderzijds dat de
Bredase bodem verdergaand wordt gezuiverd.
Uitvoering van het besluit
Het besluit wordt uitgevoerd door bodemgelden in een reserve te brengen. Zie het onderdeel 'Financieel'
voor de concrete bedragen. Vanuit de bodemreserve kan waar nodig een financiële bijdrage geleverd
worden met de daartoe bestemde rijksgelden. In het ene geval kan dat aanvullend verduidelijkend
onderzoek betekenen, in het andere geval een financiële bijdrage voor sanering.
Wanneer alle risico's voor mens en milieu beheerst zijn, blijft er nog steeds veel verontreiniging achter in
grond en grondwater. Vanuit de risicogerichte aanpak hoeft hier niets mee gedaan te worden. Bij een
ontwikkeling kom je de verontreiniging wel tegen, bijvoorbeeld bij graafwerk of bemaling. De
verontreiniging vormt dan een drempel voor de ontwikkeling door kosten of onduidelijkheid
-1-