Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 42695]
Reactie
Voordat een verkooppunt voor brandstoffen wordt toegestaan, dient door de initiatiefnemer onderzocht en
aangetoond te worden of dit qua externe veiligheidsrisico's wel is in te passen. Dat is niet gebeurd. Verder
heeft de gemeente beleid voor motorbrandstoffenverkooppunten. Hierin is bepaald dat op basis van de
huidige en toekomstige verhouding tussen vraag en aanbod er geen reden is om het aantal
motorbrandstoffenverkooppunten (mbv) in Breda toe te laten nemen. Door de toenemende
schaalvergroting van mbv's en de toename van het aantal onbemande stations neemt de omzetclaim per
station toe. Voor meer mbv's ontbreekt distributieplanologische ruimte in de Gemeente Breda.
Dat wil niet zeggen dat wij de verkoop en duurzame en alternatieve brandstoffen niet willen stimuleren.
Vanwege de beperkte marktruimte voor traditionele brandstoffen wordt bij voorkeur gekozen voor één
nieuw mbv met alleen schone brandstoffen op een geheel nieuwe locatie. De verkoop van traditionele
brandstoffen is hier dan echter niet toegestaan. Als alternatief bij de beoordeling van de wenselijkheid van
deze nieuwe vestiging, kan gedacht worden aan de uitbreiding van een bestaand mbv met een volledig
pakket schone brandstoffen. Er is echter nog geen sprake van een concreet initiatief voor een
verkooppunt voor duurzame brandstoffen. Mocht er in de toekomst een concreet initiatief zijn, dan kan,
nadat via de zogenaamde intakeprocedure het college heeft besloten haar medewerking te verlenen aan
realisatie van het plan, een omgevingsvergunning met afwijking worden verleend.
Wat betreft het opslaan en leveren van waterstof aan bedrijven (dus geen detailhandel), kan worden
opgemerkt dat dit is toegestaan in het voorliggende bestemmingsplan, omdat dit als een bedrijfsactiviteit
wordt aangemerkt.
Het bestemmingsplan is naar aanleiding van het bovenstaande niet aangepast ten opzichte van het
ontwerpbestemmingsplan.
3. Windenergie
Verzocht wordt het mogelijk te maken dat bovenop gebouwen windmolens van 5 meter geplaatst mogen
worden. Behalve de lichtmasten en masten voor communicatieapparatuur zouden ook kleinere
windmolens mogelijk gemaakt moeten worden.
Reactie
In het plangebied zijn windturbines ruimtelijk inpasbaar, al dan niet op het dak. De planregels
(bouwregels, bouwwerken, geen gebouwen zijnde) zijn zodanig aangepast, dat windturbines tot max 5
meter op een dak geplaatst mogen worden, ongeacht de maximaal toegestane bouwhoogte van een
gebouw en kleine windturbines tot een maximale hoogte van 30 meter.
Het bestemmingsplan is aangepast ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan.
4 Bedrijvenlijst
Verzocht wordt een tankstation voor alternatieve brandstoffen en een laadstation (voor oa elektrische
voertuigen) toe te staan. Tevens zouden zelfstandige kantoren die een toegevoegde waarde hebben voor
de duurzaamheidsvisie zich moeten kunnen vestigen op het bedrijventerrein.
Reactie
Zie reactie onder 2 wat betreft het verzoek om alternatieve brandstoffen.
Zelfstandige kantoren zijn alleen toegestaan binnen de gemengde bestemming, hier kan een beperkt
aantal zelfstandige kantoren gerealiseerd worden. Binnen de bedrijventerreinbestemming zijn geen
zelfstandige kantoren toegestaan, uitgezonderd de zuidelijke strook van het plangebied. Dit sluit ook aan
bij het vigerende Kantorenbeleid. Of een kantoor een toegevoegde waarde heeft ten opzichte van de
duurzaamheidsvisie is niet relevant in het kader van het bestemmingsplan. Het bestemmingsplan richt
zich immers slechts op het planologische gebruik (de functie) van een gebouw en niet op de wijze waarop
de energiehuishouding is georganiseerd. Het is bovendien ongewenst om onbeperkt kantoren toe te
staan.
Het bestemmingsplan is niet aangepast ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan.
5. Energieneutraliteit
BOnDS acht het noodzakelijk dat er eisen worden gesteld aan de te vestigen bedrijven om het
duurzaamheidskarakter van het plangebied te waarborgen.