Gemeente Breda
Raadsbesluit Registratienr: 44230]
Aantal bijlagen: - 2 -
De raad van de gemeente Breda;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders en met overname van de daarin vermeide
overwegingen;
gelet op artikel 3.1. van de Wet ruimtelijke ordening;
besluit:
1De zienswijzen deels gegrond en deels ongegrond te verklaren;
2. Tot de volgende wijzigingen in de regels:
a. In artikel 1begripsbepalingen, toevoegen, de leden 1.29, 1.30 en 1.55 ais volgt:
1.29 geluidgevoelig object
Woningen en andere geluidsgevoeiige gebouwen, alsmede geluidsgevoeiige terreinen als
bedoeld in de Wet geluidhinder en in het Besluit geluidhinder
1.30. geluid/uwe gevel
Een gevel die in beperkte mate door geluid wordt belast en waaraan ten minste één verblijfsruimte
- met te openen delen - grenst. De gevelbelasting dient voor alle geluidsoorten aan de
voorkeursgrenswaarden te voldoen.
1.55. vliesgevel
niet dragende gevel of afscheiding tussen exterieur en interieur van een gebouw, ook wel
aangeduid als gordijngevel, glasgevel, voorzetgevel.
b. Het laten vervallen van de artikelen 4.2.2. sub c en d.
c. Het toevoegen van artikel 4.3. specifieke bouwregels, als volgt.
Het bouwen van woningen en andere geluidgevoelige objecten is uitsluitend toegestaan indien:
a. de gevels worden/zijn uitgevoerd als dove gevel, tenzij middels akoestisch onderzoek
aangetoond wordt dat, at dan niet door afschermende bebouwing of geluidwerende
voorzieningen, de geluidbelasting op de gevel lager of gelijk is aan:
1de voorkeursgrenswaarde zoals bedoeld in de Wet geluidhinder of;
2. de voor deze gevels of geveldelen vastgestelde hogere waarde voorde ten hoogste
toelaatbare geluidsbelasting zoals bedoeld in de Wet geluidhinder;
b.in aanvulling op het bepaalde in sub a. moet (een gedeelte van) de woning voorzien zijn van
minimaal één geluidluwe gevel indien:
1. uit de vastgestelde hogere waarde blijkt dat de voorkeursgrenswaarde met meer dan 5
dB wordt overschreden en/of
2 er sprake is van een toepassing van een dove gevel.
II.
Om te voorkomen dat de woningen een beperking vormen voor de bestaande bedrijfsvoering en de
uitbreidingsmogelijkheden van nabijgelegen bedrijven, dan wel dat voor de woningen in het
plangebied in het kader van een goede ruimtelijke ordening een aanvaardbaar woon- en leefklimaat
gegarandeerd kan worden mogen de woningen enkel worden opgericht indien in het plangebied,
dan wel aan de woningen de volgende (combinatie van) geluidsbeperkende voorzieningen worden
gerealiseerd en/of in stand worden gehouden:
a. aan de oostkant van het plangebied:
1. Een geluidscherm van minimaal 37 meterlang en maximaal 2 meter hoog in/op de
erfgrens aan de oostzijde van het plangebied:
-1