Gemeente Breda
Raadsbesluit
Registratienr: 44817]
Artikel 19 Notulen
1. De ontwerpnotulen van de voorgaande vergadering worden, zo mogelijk, aan de leden
toegezonden gelijktijdig met de oproeping. De ontwerpnotulen worden op hetzelfde moment aan
de overige deelnemers aan de vergadering die het woord gevoerd hebben, toegezonden.
2. Bij het begin van de vergadering worden de notulen van de vorige vergadering vastgesteld.
3. De leden en de overige deelnemers aan de vergadering hebben het recht, een voorstel tot
verandering aan de raad te doen, indien de notulen onjuistheden bevatten of niet duidelijk
weergeven hetgeen gezegd of besloten is.
4. Een voorstel tot verandering dient voor het vaststellen van de notulen bij de griffier te worden
ingediend.
5. De notulen moeten inhouden:
a. de namen van de voorzitter, de griffier en de ter vergadering aanwezige ieden, alsmede
de namen van de leden die afwezig waren en de namen van de overige personen die het
woord gevoerd hebben; indien aanwezig worden ook de namen van de wethouders
vermeld;
b. een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;
c. een nauwkeurige samenvatting van het gesprokene met vermelding van de namen der
aanwezigen die het woord voerden;
d. een overzicht van het verloop van elke stemming, met vermelding bij hoofdelijke
stemming van de namen van de leden die voor of tegen stemden, onder aantekening van
de namen van de leden die zich van stemming hebben onthouden;
e. de tekst van de ter vergadering ingediende initiatiefvoorstellen, voorstellen van orde,
moties en (sub-) amendementen;
f. bij het desbetreffende agendapunt de naam en de hoedanigheid van die personen aan
wie het op grond van het bepaalde in artikel 26 door de raad is toegestaan deel te nemen
aan de beraadslagingen.
6. De notulen worden opgesteld onder de zorg van de griffier.
7. De vastgestelde notulen worden door de voorzitter en de griffier ondertekend.
Artikel 20 Ingekomen stukken
Bij de raad ingekomen stukken worden op een lijst geplaatst die met het vaststellen van de
voorlopige agenda ter inzage wordt gelegd en digitaal verspreid.
Artikel 21 Spreekregels
De leden en de wethouders spreken vanaf hun plaats of van de spreekplaats en richten zich tot
de voorzitter. Bij bijzondere gelegenheden kan de voorzitter bepalen dat de leden of de
wethouders vanaf een andere plaats spreken.
Artikel 22 Volgorde sprekers
1. Een lid voert het woord na het aan de voorzitter gevraagd en van hem verkregen te hebben.
2. De volgorde van sprekers kan worden gewijzigd, wanneer een lid het woord vraagt over de orde
van de vergadering.
3. Een voorstel van orde kan door de voorzitter of een lid worden gedaan. Over een voorstel van
orde beslist de raad terstond.
Artikel 23 Aantal spreektermijnen
1. De beraadslaging over een onderwerp of voorstel geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij
de raad anders beslist.
2. Elke spreektermijn wordt door de voorzitter afgesloten,
3. Een lid mag in een termijn niet meer dan één maal het woord voeren over hetzelfde onderwerp of
voorstel. Het stellen van een korte vraag, waarop een beknopt antwoord kan worden gegeven,
alsmede het plaatsen van een interruptie worden niet als een spreektermijn aangemerkt, tenzij de
voorzitter anders beslist.
4. Het derde lid is niet van toepassing op:
a. het lid van het college, dat in het bijzonder is belast met het in behandeling zijnde onderwerp;
b. de rapporteur van een commissie;
-5