Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 44704]
Agendapuntnummer: Aantal bijlagen: -
Onderwerp
Begroting 2017 Regionaal Bureau Leerplicht
Voorgesteld besluit
Aan de raad voor te stellen een zienswijze in te dienen bij het Regionaal Bureau Leerplicht West-Brabant
ten aanzien van de Beleidsbegroting 2017 van het Regionaal Bureau Leerplicht West-Brabant conform
bijgevoegd sjabloon met als aandachtspunten:
voor de begroting 2018 vóór 1 februari 2017 een Kaderbrief aan de gemeenten dient te worden
aangeboden en dat daarin ook de indexering voor de meerjarenbegroting dient te worden
opgenomen;
het opnemen van speerpunten voor 2017 in het programmaplan een goede ontwikkeling is;
voor de begroting 2018 wordt gevraagd een verschillenverklaring conform Besluit Begroting en
verantwoording op te nemen (begroting 2018-begroting 2017 en begroting 2018-rekening 2016).
inleiding
Op 1 augustus 2012 is de Gemeenschappelijke Regeling Programma Schoolverzuim en Voortijdig
Schoolverlaten in werking getreden. De Leerplichtwet 1969 en de Wet Regionale Meld- en
Coördinatiefunctie (RMC-wet) zijn van toepassing; het Regionaal Bureau Leerplicht (RBL) West-Brabant
voert de gemeenschappelijke regeling uit. Als bijlage bij dit voorstel treft u de begroting over 2017 aan.
Het RBL West-Brabant is een samenwerkingsverband tussen achttien West-Brabantse gemeenten. De
samenwerking heeft als doelstelling om schoolverzuim en schooluitval samen verder terug te dringen. Het
RBL voert een aantal wettelijke taken uit voor de gemeenten op het terrein van de Leerplicht- en RMC-wet
en zoekt daarbij nadrukkelijk de samenwerking op met scholen en andere instellingen.
Voor een zestal gemeenten worden naast administratieve taken ook taken op uitvoeringsniveau
uitgevoerd. De gemeenschappelijke regeling heeft geen personeel in dienst; de taakuitvoering geschiedt
door inzet van personeel van de deelnemende gemeenten. Voor de huisvesting en overige facilitaire
zaken is een dienstverleningsovereenkomst gesloten met de gemeente Breda.
Uiterlijk op 1 april 2016 ontvangen de deelnemende gemeenten op grond van artikel 10 van de
gemeenschappelijke regeling de begroting 2016. Artikel 35, lid 1, van de Wet gemeenschappelijke
regelingen bepaalt dat het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling de beleidsbegroting
moet toezenden aan de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten, zodat deze hierover hun
zienswijzen naar voren kunnen brengen. De provincie wordt vóór 1 augustus 2016 omtrent de zienswijzen
van de deelnemende gemeenten op de begroting 2017 van het RBL geïnformeerd.
Het dagelijks bestuur van het RBL heeft daags na 1 april 2016 de beleidsbegroting en de
meerjarenraming met toelichting 2017 van het RBL aan de deelnemende gemeenten gezonden met het
verzoek de raad haar zienswijze te bevragen. De regionale werkgroep Verbonden Partijen heeft de
stukken getoetst aan de afspraken die zijn gemaakt in het kader van de gemeenschappelijke regeling en
de werkgroep heeft vervolgens een uniform advies over de begroting 2017 afgegeven. U wordt
voorgesteld dit advies te volgen.
-1-