Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 44711]
Samenvatting 4.2.
Verkeersdruk
In paragraaf 5.2. van de toelichting is een berekening van de verkeersgeneratie weergegeven, waarbij de
beoordeling (gezien de toename van het aantal leerlingen) uitkomt op extra 206 motorvoertuigen per
etmaal op een werkdag (boven de al bestaande verkeersgeneratie) en dat dit dermate laag is dat dit niet
zal leiden tot knelpunten in de verkeersafwikkeling. Reclamant vraagt zich af hoe tot deze conclusie is
gekomen. De toename is bijvoorbeeld niet afgezet tegen de bestaande verkeersgeneratie en er wordt
voorbijgegaan aan de feitelijke situatie die reeds knellend en hinderlijk is.
In de memo parkeerbalans (bijlage 1) is enkel aandacht besteed aan het parkeren en voor de beoordeling
van de veiligheid is deze niet van belang. Er is niet gebleken van eigen onderzoek naar de
verkeerssituatie en -verkeersveiligheid, anders dan dat de CROW-publicatie en de online rekentool is
geraadpleegd.
Niet is aangegeven dat de extra verkeersgeneratie zich vooral voordoet op twee piekmomenten, te weten
in de ochtend en de middag bij het openen en sluiten van de school. Door de sterke concentratie van het
extra verkeer, vooral in de ochtend (waar de lessen doorgaans gelijktijdig beginnen) en door een
evenredige verdeling, zal juist op deze momenten een extra verkeersgeneratie aanwezig zijn van 103 mvt
en dat is wel degelijk een aanzienlijke toename. Dit is ook het tijdstip dat de wijkbewoners gebruik maken
van de binnen- en ontsluitingswegen.
Samenvattend is er onvoldoende onderzoek gedaan naar de gevolgen van de ontwikkeling voor de
verkeerssituatie en derhalve is dit onzorgvuldig tot stand gekomen en dus ook in strijd met artikel 3.1, lid 1
sub c van de Verordening ruimte.
Beoordeling
Ad 4.2.
In de toelichting van het bestemmingsplan is aangegeven hoe tot deze extra verkeersgeneratie is
gekomen (aantal leerlingen vermenigvuldigt met een kengetal). Hoewel dit natuurlijk slechts een
modelmatige benadering van de werkelijkheid is, levert deze benadering wel voldoende duidelijkheid om
de planologische gevolgen op haar merites te beoordelen.
Anders dan reclamant stelt is het standpunt gebaseerd op herhaalde beoordelingen van de situatie ter
plaatse en diverse gesprekken met omwonenden. De CROW-publicaties en de online rekentool zijn in de
jurisprudentie aanvaardt als objectieve instrumenten om de aanvaardbaarheid van de verkeerbelasting in
een straat te bepalen.
Dat het voor omwonenden wellicht minder makkelijk zal zijn om tijdens de spitsuren met de auto hun
woning te bereiken te verlaten, wordt niet weersproken. Maar deze omstandigheid is niet ongebruikelijk
voor spitsmomenten (daarom heten die momenten ook "spits") en op grond van de onderzoeken is er
geen sprake van een onaanvaardbare situatie.
Voor ons oordeel omtrent het gestelde verwijzen wij ook naar beoordeling ad 1.2 en 3.4.
Conclusie
Dit onderdeel van de zienswijze is ongegrond en leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.
Samenvatting 4.3
Parkeerdruk
Uit de als bijlage 1 toegevoegde memo parkeerbalans (opgesteld door RHO) maakt reclamant op dat
slechts alleen op 27 januari 2015 een parkeertelling is gedaan en vraagt zich af of dit voldoende is.
Uit de parkeerbalans blijkt dat in sectie A, bij de woning van reclamant, zeer geregeld fout wordt
geparkeerd (ondanks het ingestelde parkeerverbod), dat het vooral in de ochtend nu al een druk is van
104% en dat bijvoorbeeld ook het personeel van de ISB fout parkeert, namelijk in de berm.
Er wordt nu reeds een enorme parkeerdruk ervaren in de vorm van dubbelparkeren, parkeren in de berm,
voor de oprit van reclamant en verwacht wordt dit alleen probleem vergroot zal worden.
Het door RHO onderkende parkeerprobleem, vooral bij de ingang van de ISB, kan opgelost worden door
het aanleggen van een kiss&ride zone en door het aanbrengen van bermpaaltjes om het foutparkeren
onmogelijk te maken. Ook moet het aanleggen van de kiss&ride juridisch verankerd worden.
Er is in zijn algemeenheid onvoldoende onderzoek gedaan naar de gevolgen van de ontwikkeling en te
weinig rekening gehouden met de belangen van omwonenden.
-14-