Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 44420]
Beoogd effect van het besluit
Met het opnieuw vaststellen van de bebouwde komgrens Boswet ontstaat een actueel kader om te
bepalen in welk gebied welk orgaan bevoegd gezag is voor het stellen van regels ter bewaring van
houtopstanden. Binnen de bebouwde kom Boswet is de Boswet niet van toepassing en is de gemeente
dus bevoegd om regels te stellen ter bewaring van houtopstanden.
Uitvoering van het besluit
Na besluitvorming is de gemeente bevoegd om regels te stellen ter bewaring van houtopstanden die
onder de voorheen geldende bebouwde kom Boswet, als gevolg van de gewijzigde wetgeving, niet meer
kunnen worden beschermd door gemeentelijke regelgeving.
Argumenten
Boswet
De Boswet heeft als doel het in stand houden van het bosareaal in Nederland. Hiertoe kent de Boswet
een herplantingsplicht met meldplicht voor vellingen van houtopstanden en de bevoegdheid van het
bevoegd gezag om een kapverbod, van ten hoogte 5 jaar, op te leggen. In tegenstelling tot de
gemeentelijke Bomenverordening voorziet de Boswet niet in het beschermen van houtopstanden en
daaraan toegekende waarden, bijvoorbeeld op het gebied van cultuurhistorie, dendrologie (bijzondere
snoeivorm, zeldzame soort), klimaat en/of stedenbouw.
De Boswet kent een "eigen" bebouwde komgrens. De gemeenteraad is bevoegd om, op grond van
artikel 1lid 5 van de Boswet de bebouwde kom Boswet vast te stellen. Met het vaststellen van deze
grens staat het toepassingsbereik van de Boswet vast. De Boswet is namelijk enkel van toepassing
buiten deze bebouwde kom.
De gemeentelijke Bomenverordening 20101 is zowel binnen als buiten die bebouwde kom van
toepassing, waarbij de Boswet bepaalt welke regels uit de Bomenverordening wel of niet toegepast
mogen worden buiten de bebouwde kom. Tot 1 januari 2015 kon de Bomenverordening ook buiten de
bebouwde kom vrijwel integraal toegepast worden, aangezien de meeste beperkingen golden voor
houtopstanden in bosbouwondernemingen, boomkwekerijen, boomgaarden en windsingels langs
landbouwgronden. Per 1 januari 2015 is de tekst van de Boswet, in verband met het opheffen van het
Bosschap, zodanig gewijzigd dat dit voor toepassing van de Bomenverordening buiten de bebouwde
kom meer beperkingen oplevert. Gemeenten en provincie mogen door deze aanpassing van de
wettelijke regelgeving namelijk geen regels meer stellen over de bescherming van houtopstanden die
al worden beschermd door de Boswet. Dat wil zeggen dat de gemeente geen regels ter bescherming
mag stellen ten aanzien van de houtopstanden buiten de bebouwde kom Boswet.
Wet natuurbescherming
Op 1 juli 2015 is de nieuwe Wet natuurbescherming aangenomen. De nieuwe wet vervangt de
Natuurbeschermingswet 1998, de Boswet en de Flora- en Faunawet. Naar verwachting zal de Wet
natuurbescherming in werking treden op 1 januari 2017 en vervolgens opgaan in de Omgevingswet.
De nieuwe Wet natuurbescherming stelt specifiekere grenzen aan de bevoegdheden van gemeenten
voor het opstellen van beschermende regels buiten de vastgestelde bebouwde kom. Anticiperend op
de nieuwe wetgeving wordt het dus eveneens van groot belang dat de bebouwde kom Boswet goed is
vastgelegd, zodat de bomen op gemeentelijk grondgebied ook daadwerkelijk via gemeentelijk beleid
en regelgeving beschermd kunnen worden, in plaats van te vallen onder provinciale of landelijke
besluitvorming.
-2-
1 Vooralsnog is de gemeentelijke regelgeving verankerd in de Bomenverordening 2010 en de daarop gebaseerde regelgeving.
Deze regelingen worden opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV), zie raadsvoorstel en -besluit met
registratienummer 44803.