Gemeente Breda
Raadsvoorstel Registratienr: 44803]
Op voorhand moet in ieder geval duidelijk zijn dat behoud van de houtopstand op de huidige locatie
niet mogelijk is, alternatieven voor het vellen moeten dan ook goed zijn onderzocht. Vervolgens wordt
het belang van behoud op basis van aanwezige waarden afgewogen tegen het belang van het vellen.
Herplant
Als een vergunningplichtige houtopstand toch geveld mag worden, dan moet er ook worden voorzien
in de compensatie van de waarde(n) die met het vellen verloren gaan. Bij de aanvraag om een
omgevingsvergunning moet dan ook direct een herplantplan worden overlegd waarmee de aanvrager
aantoont of en hoe de compensatie plaats gaat vinden.
Uitgangspunt is dat de houtopstand die wordt aangeplant in het kader van de herplant- en
instandhoudingsplicht, uiteindelijk op termijn vergelijkbare bijzondere waarde(n) gaat
vertegenwoordigen als de te kappen houtopstand. Het is dan ook belangrijk dat deze herplant direct
beschermd wordt tegen kap.
Financiële compensatie
In de situatie dat herplant niet (volledig) mogelijk is, kan overgegaan worden tot het storten van een
financiële bijdrage. De hoogte van de bijdrage wordt gebaseerd op de waarde van de gevelde boom.
Deze zgn. boomwaarde (de monetaire waarde van een boom) komt tot stand op basis van een taxatie
volgens de meest recente richtlijnen van Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen (NVTB).
De financiële bijdrage wordt ingezet ten behoeve van de instandhouding en het herstel van de
hoofdbomenstructuur.
Overgangsregeling
Besluiten (kapvergunningen) die zijn verleend op basis van de huidige regeling blijven van kracht.
Inhoudelijke verschillen en overeenkomsten huidige regeling en nieuwe regeling
a. Van een algeheel vergunningsstelsel naar een kapverbod voor Waardevolle houtopstanden.
Onder de Bomenverordening gold er een algeheel vergunningsstelsel, waarop diverse
uitzonderingen waren gemaakt. Daarnaast werd er op basis van de Regeling Waardevolle bomen
en gemeentelijke bomenstructuur nog een extra beschermingsregiem opgericht voor de
waardevolle bomen en de gemeentelijke boomstructuren. Met de voorgestelde regeling is dit
losgelaten, alle houtopstanden die niet zijn aangewezen als Waardevolle houtopstanden en als
zodanig zijn opgenomen op de Bomenkaart; vergunningplichtige houtopstanden mogen zonder
vergunning worden geveld.
b. Van vergunningsstelsel naar ontheffingenstelsel: De bestaande regeling voorziet in een
vergunningenstelsel. De kap van een waardevolle boom is toegestaan, mits hiervoor een
vergunning is verleend. Om twee redenen wordt voorgesteld om in de nieuwe regeling uit te gaan
van een ontheffingenstelsel:
o Bij een ontheffingenstelsel is direct duidelijk dat kap verboden is. Ten opzichte van de
huidige regeling zullen er meer houtopstanden zonder vergunning geveld kunnen worden.
Enkel de houtopstanden die door hun bijzondere waarde(n) absoluut behoudenswaardig
zijn zullen worden aangewezen als Waardevolle houtopstanden. Hierbij past een
juridische regeling waarbij op voorhand ai duidelijk is dat kap van Waardevolle
houtopstanden verboden is.
o Een vergunningssystematiek uit de huidige regeling verhoudt zich niet met de systematiek
van de nieuwe Omgevingswet en kan niet direct worden doorvertaald in een
Omgevingsplan. Een dergelijk vergunningenstelsel laat geen ruimte voor een brede
belangenafweging waar betekenis toekomt aan de fysieke leefomgeving. De fysieke
leefomgeving is juist hetgeen dat centraal staat in de nieuwe Omgevingswet. Het verlenen
van een ontheffing (middels het verlenen van een omgevingsvergunning voor het (doen)
vellen van Waardevolle houtopstanden) is maatwerk op basis van een integrale afweging
waarbij aspecten als de bijzondere waarde(n) van de houtopstand, het
verwijderingsbelang, de fysieke leefomgeving, economische ontwikkeling, verstedelijking,
bereikbaarheid, leefbaarheid, milieu, veiligheid en ruimtelijke kwaliteit een rol spelen.
-5-