1
De raad van de gemeente Breda;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;
gelet op artikel 228a, van de Gemeentewet;
BESLUIT:
vast te stellen de:
VERORDENING OP DE HEFFING EN
INVORDERING VAN RIOOLHEFFING 2017
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
a. perceel: een roerende of onroerende zaak of een zelfstandig gedeelte daarvan;
b. gemeentelijke riolering: een voorziening of combinatie van voorzieningen voor inzameling,
verwerking, zuivering of transport van afvalwater, hemelwater of grondwater, in eigendom, in
beheer of in onderhoud bij de gemeente;
c. water: huishoudelijk afvalwater, bedrijfsafvalwater, oppervlaktewater, hemelwater of
grondwater;
d. woning: een perceel dient in hoofdzaak tot woning, indien de waarde op basis van hoofdstuk
IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld voor dat perceel in hoofdzaak kan
worden toegerekend aan delen van dat perceel die dienen tot woning dan wel volledig
dienstbaar zijn aan woondoeleinden;
e. recreatieterrein: terrein bestemd voor verblijfsrecreatie dat als zodanig wordt geëxploiteerd
met inbegrip van de op dit terrein gelegen roerende of onroerende opstallen, het terrein wordt
voor de toepassing van deze verordening als één perceel aangemerkt.
Artikel 2 Aard van de belasting
Onder de naam rioolheffing wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die
voor de gemeente verbonden zijn aan:
a. de inzameling, berging en het transport van huishoudelijk afvalwater en bedrijfsafvalwater
alsmede de zuivering van huishoudelijk afvalwater en
b. de inzameling van afvloeiend hemelwater en de verwerking van het ingezamelde en
afvloeiende hemelwater, alsmede het treffen van maatregelen teneinde structureel nadelige
gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel
mogelijk te voorkomen of te beperken.