10, 13 of 15 opnieuw schuldig maakt aan eenzelfde verwijtbare gedraging, wordt telkens de duur van de oorspronkelijke verlaging verdubbeld. 2. Als een belanghebbende zich binnen twaalf maanden na bekendmaking van een besluit waarmee een verlaging is toegepast vanwege een gedraging als bedoeld in artikel 14 opnieuw schuldig maakt aan eenzelfde verwijtbare gedraging, bedraagt de verlaging 100 procent van de bijstandsnorm gedurende drie maanden. 3. Als een belanghebbende zich binnen twaalf maanden na bekendmaking van een besluit waarmee een verlaging is toegepast vanwege een gedraging als bedoeld in artikel 18, vierde lid, van de Participatiewet, opnieuw schuldig maakt aan een verwijtbare gedraging, bedraagt de verlaging 100 procent van de bijstandsnorm gedurende twee maanden. 4. Als een belanghebbende zich binnen twaalf maanden na bekendmaking van een besluit zoals bedoeld in het derde lid, opnieuw schuldig maakt aan een verwijtbare gedraging ais bedoeld in artikel 18 lid 4, bedraagt de verlaging telkens 100 procent van de bijstandsnorm gedurende drie maanden. Deze tweede wijziging van de Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ en verrekening bestuurlijke boete bij recidive Participatiewet Breda 2015 treedt in werking op 1 januari 2017 F De artikelen 20 tot en met 24 van hoofdstuk 7 komen te vervallen. Artikel II Inwerkingtreding Aldus ladering van 22 december 2016 De voorzitter,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2016 | | pagina 86