XXX TËR HERINNËRING. gestr. met een treffend woord tot het dagelijksch bestuur en de genoodigden, aan den loco-burgemeester werd overhandigd. Deze hield daarop met het vaandel in de linkerhand en met ontbloote hoofd tot den commandant en de schutterij een zeer gevoelvolle en waardeerende toespraak. Spreker schetste, wat de schutterij gedurende haar veeljarig bestaan verricht had en hoe zij steeds met opgewektheid en mannelijken ernst hare taak volbracht had hoe zij haar vaandel, dat in 1874 door Bredasche dames geschonken was, rein, en onbesmet van slechte hoedanig heden of eigenschappen in de gelederen, overreikte aan het bestuur der gemeente, dat, zoo voegde spreker erbij, voor eene waardige bewaarplaats zou zorgen. Ten slotte dankte spreker, namens de geheele gemeente, de schutterij voor hare eerlijke, trouwe plichtsvervulling, waardoor ook zij den goeden naam der gemeente in niet geringe mate verhoogd had. Een driewerf hoera op onze geliefde Koningin volgde, waarna door al de troepen voor het vaandel gedefileerd werd. De troepen rukten in, terwijl de schutterij met de muziek aan het hoofd nog een laatste militaire wandeling door de stad maakte. En hiermede 'was deze plechtigheid een historisch moment, waarin mede eene groote volksmenigte belangstelling toonde geëindigd. Het vaandel werd naar het stedelijk museum overgebracht. Door den heer majoor-commandant der schutterij, L. Kamer ling, werden tal van voorwerpen, betrekking hebbende op de Bredasche schutterij, ten behoeve van het stedelijk museum, geschonken, waaromtrent wij verwijzen naar het verslag van het bestuur van het stedelijk museum voor geschiedenis en oudheidkunde over 1907.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Indexen op de notulen van de gemeenteraad | 1907 | | pagina 30