De heer Van der WES VERLAKEN dankt, mede namens de andere
leden, de Voorzitter voor zijn wensen en sympathieke woorden.
Wederkerig spreekt hij de beste wensen uit aan het adres vanNde
Voorzitter en zijn gezin en hoopt, dat de goede geest van sa-
menwerking bestendigd moge blijven,
1» NOTULEN
Na voorlezing door de Secretaris merkt de heer VERMEERBN
op, dat bij punt 3 van de agenda door de verslaggever in het
Dagblad De Stem is vermeld, dat de Voorzitter vi^r de stemming
over het „betrokken punt gezegd zou hebben "wij gaan een gevaar
lijk spelletje spelen" en "op deze wijze zou door de betrokken
raadsleden bewezen worden, dat aan hun eenmaal genomen beslui
ten niet de minste waarde diende te worden gehecht",
De Voorzitter antwoordt hierop, dat het niet de bedoeling
is, dat van het gesprokene in de notulen een stenografisch ver
slag wordt gemaakt. Een weergave van de zakelijke inhoud wordt
geëist.
De heer VEEMEEREN repliceert, dat op deze wijze toch vier
raadsleden in het zonnetje zijn gezet en daar voelt spreker,
niets voor.
De Voorzitter zegt, dat het niet zijn gewoonte is over het
geen in de couranten van de raadsvergaderingen wordt vermeld
veel te zeggen en kan daarvoor dezeriijds ook geen verantwoor
ding worden gedragen. Bovendien was de weergave absoluut on
juist en werd door hem niet gesproken, als in het courantverslag
vermeld. Ook acht'hij het niet juist, om over deze aangelegenheid
in nadere discussie te treden, nu het lid Geerts, die ter zake
nog een ingezonden stuk schreef, niet in deze vergadering aanwe
zig is,
Nadat de heer VEEMEERBN op een vraag van de Voorzitter heeft
verklaard geen stemming te verlangen over de notulen, worden zij
zonder stemming en ongewijzigd vastgesteld,
2, INGEKOMEN STUKKEN.
Bij punt a« zegt de heer VEBMEEREN het verzoek van de bond
van land- en zuivelarbeiders misschien wel te kunnen billijken.
Een werkweek van 44 uur vindt hij wel laag.
De Voorzitter antwoordt hierop, dat in de brief niet is ver
meld, dat *s zomers rekening wordt gehouden met een werkweek van
50 uur of meer#
De heer VEEMEEREN zegt verder de brief van de Bedrijfsraad
voor het Bouwbedrijf (punt g,wel reëel te vinden.
n