een afname van het inwonertal en in 't tegenovergestelde zin niet lager zullen
worden In het gezindleven, in verenigingen en coöperaties is dit een alg. regel.
2e. Structuur of plattelandsidee.
Naar mijn mening moeten wij ons 2 vragen stellen
1e. Kunnen wij de structuurwijziging, die zich voltrekt op 't platte-land en dus ook
in onze gemeente (geheel) tegenhouden Hierop kunnen wij niet anders dan ant
woorden dan neen Dit kunnen wij niet tegenhouden, ook voor onze gemeente niet.
2e. Daar dit gebeurt in een tamelijk, snel tempo, kunnen wij dit tempo vertragen door
het aannemen van dit voorstel
Hierop zal ik trachten U ook een antwoord te geven.
Nu in deze tijd van geweldige omwenteling en snelle vooruitgang, dage
lijks duizendenmensen ook uit onze gemeente de stad moeten bezoeken uit hoofde van
hun werk, en andere uit vrije wil en andere redenen, is het te begrijpen rfrsrfryrferxfii-Ymn.
gang dat deze omgang met de stad en haar"bewoners dit snelle tempo van overschakeling
zeer in de hand werkt. Wordt deze omgang op de stad minder voor onze mensen, wanneer
dit Voorstel wordt aangenomen. Naar mijn mening geenszins, omdat wij hiermede de be
bouwing van deze twee gedeelten niet tegen kunnen houden,"en dus hierdoor onze in
woners van Bavel nog dichter en aid het ware aanleunen tegen 2 nieuwe stadswijken^
Ui j kunnen dit betreuren en ik zelf doe dat ook, maar ra.i. is daaf niets aan te ver
anderen. Misschien kunnen'wij dit alles nog gedeeltelijk voorkomen door alles in eigen
hand te houden.
5e. Het niet ingesteld zi.in van onze ano. adm.. en techniek voor dit grootse plan.
Zeker zullen ook, vooral in het begin op dit punt de moeilijkheden voor
onze gemeente zich aandienen; vooral" omdat het zich nu laat aanzien dat de uitvoering
van dit plan in versneld tempo zal moeten geschieden. Wanneer wij dit voorstel aan
nemen zal Breda het voorbereidend werk alleen moeten opknappen. Wanneer wij bij het
eerste plan blijven, zullen wij, gezien het grote belang, dat Breda bij dit werk heefi
althans naar mijn mening en wellicht met succes, een beroep kunnen doen op Breda, om
vooral in het begin ons te helpen dit plan tot een goed einde te brengen, zodat wij
dan de gelegenheid krijgen onzegem. instellingen geleidelijk aan, aan te passen aan
deze grootse uitbreiding.
Dit nu mijne Heren zijn mijn persoonlijke stelligen en gedachten om U aan te tonen
dat de bezwaren voor onze gemeente niet onoverkomelijk zijn, bezwaren, die ertoe
hebben gEisü bijgedragen tot de overschakeling op dit plan thans aan ons ter behande
ling voorgedragen. Ik stel er prijs op hier te verklaren, dat ak bij het tot stand
komen van deze gedachten, ik uitdrukkelijk en alleen het belang van onze gemeente1')1
voor ogen heb gehad. Maar zeer zeker mag niet vergeten worden dat bij realisering van
dit plan, naar ik. veronderstel ook persoonlijke belangen besproken zullen worden, ik
bedoel hiermede de belangen van sommige van onze inwoners, die betrokken zullen wordei
bij deze uitbreiding. Ofschoon ik moet erkennen, uit aan mij verstrekte gegevens, dat
het gemeentebestuur van Breda zeer correct en soepel is in deze transacties, aan de
onderhandelingen van de betrokkenen met ons eigen gemeentebestuur toch de voorkeur ge
geven moet worden.
Om bovengenoemde redènen, en vooral om de grote belahgen voor onze gemeente, die aan
dit agenda-punt zijn verbonden, zou ik U willen verzoeken geen overhaast besluit te
nemen en U verzoeken M. de Voorzitter dit agenda-punt aan te houden tot de eerstvol
gende vergadering) een commissie uit de raad te benoemen die met en in overleg met
B en W dit grootse plan zal bestuderen en daarover rapport zal uitbrengen aan de raad.
Dit kan op zeer korte termijn gebeuren.
Méén niet Mijne Heren dat in dit voorstel enig wantrouwen is gelegen ten opzichte van
het gevoerde beleid van B. en W. Geenszins, maar vergeet ook niet Mijne Heren dat
alleen wij raadsleden de aansprakelijkheid en de verantwoordelijkheid van alle raads
besluiten blijven dragen. In 't besef van deze grote verantwoordenjkheia, verzoek
ik Mijne Heren dit voorstel tot aanhouding van dit punt te willen steunen.
De VOORZITTER zegt uit de woorden van de heer Geerts te concluderen, dat deze het met
