De heer lid. van de gemeenteraad, wordt hierbij
uitgenodigd tot het bijwonen van een vergadering op vrijdag* 30 mei 1958, des
avonds om 8 uur.
Aan de orde komen
1 NOTULEN VAN DE VERGADERING VAD 4 MAART 1958.
Toelichting
Deze liggen bij de agendastukken ter inzage.
2. INGEKOMEN STUKKEN EN MEDEDELINGEN.
Sinds de vurige vergadering zijn ingekomen
a. het door Gedeputeerde Staten goedgekeurd raadsbesluit van 4 maart 1958
tot het aangaan van een geldlening, groot 7000,
b. idem tot het aangaan van een geldlening, groot 40.000,
c. idem tot het aangaan van een geldlening, groot 4.000,
d. idem tot aankoop en ruilen van gronden i.v.m. de aanleg van de Maria-
straat
e. de goedgekeurde raadsbesluiten tot wijziging (nrs 10E, 16 en 17) van de
gemeentebegroting, dienst 1957
f. het door de Kroon goedgekeurd raadsbesluit van 16 december 1957 tot
wijziging van de verordening tot heffing van keurlonen
g. constatering opbrengst voorkeurslening d.d. 14 februari 1958
h. besluit d.d. 19 februari 1958 van Gedeputeerde Staten inzake wijziginv
presentiegelden
Toelichting
Voorgesteld wordt al deze stukken voor kennisgeving aan te nemen.
3. GEMEENTEBEGROTING. DIENSTJAAR 1958.
Toelichting
Deze begroting werd goedgekeurd terug ontvangen. Ter beantwoording aan
de daarbij gevoegde brief van Gedeputeerde Staten d.d, 9 april 1958 is
in het agenda-dossier een ontwerp-antwoord overgelegd. Voorgesteld wordt
aldus te besluiten en de daarbij behorende ontwerp-wijziging (nr. 2) vast
te stellen en de 1e wijziging daarmede in overeenstemming te brengen, zo
als met rood daarop is aangegeven.
4. PERSONEELSAANGELEGENHEDEN.
a. brief d.d. 8 januari 1958 van Gedeputeerde Staten met betrekking tot
de 6e wijziging salarisverordening.
Voorgesteld wordt deze wijziging daarmede in overeenstemming te brengen.
b. Voorgesteld wordt de salarisverordening mede te wijzigen met betrekking
tot rijwielvergoeding gemeente-arbeiders, zoals op overgelegd ontwerp
aangegeven.
c. circulaire d.d. 12 februari 1958 van de Minister van Binnenlandse Zaken
oetreffende duurtetoeslag over het eerste halfjaar 1958.
Voorgesteld wordt dienovereenkomstig te besluiten.
