- 3 -
«li-
Het wordt wel erg gecompliceerd en voorkomen zou toch moeten worden, dat
meerdere kapiteins op hetzelfde schip zijn. Vereenvoudiging op dit
terrein blijft ze;-r gewenst, ja nodig, en is wellicht ook mogelijk.
Zou daarom het zo even bedoelde onderzoek eerst niet moeten worden
afgewacht. Spreker is in principe wel voor een zuiveringsschap, d.ch dan
op de meest efficiënte en voor de hand liggende wijze.
De VOORZITTER antwoordt begrip te hebben voor de m dieven v;m dc heer
Rops. In het door Breda bedoeld gezamenlijk verzoek moet echter alleen
worden gezien,het maken van een begin. Over de vorm enz. zal nog wel
terdege moeten worden gesproken. Een van de oogmerken van Breda is oak,
om in de hoge kosten te worden gesubsidieerd en daarvoor zal samenwerking
onontbeerlijk zijn.
Ook wethouder GLLRTS betoogt, dat het nu slechts gaat over een beginsel
besluit. Breda is tot de conclusie gekomen, dat de aanvankelijke opzet
m.b.t. de afvoerleiding voor die gemeente - en wellicht dan ook voor
Nieuw-Ginneken - te zware jaarlijkse kosten zal opleveren. Daarom wil
men streven naar het vorkrijgen van een subsidie. Verder is men van
mening, dat ook anderen b.v. de grote industrieën hierin betrokken zullen
moeten worden. Een zuiveringsschap zou hiervoor net meest geëigend orgaan
zijn. Uiteraard zal hieicver nog nadere deskundige toelichting n )dig zijn.
De heer VERMEERBN onderschrijft het gesprokene door de heer Rops. Ook
hij vindt het nog een sprong in het duister en wanneer men eenmaal a
zegt dan is het moeilijk om b. niet te laten volgen. Breda had indertijd
moeten komen met het idee het draagvlak groter te maken. Hij herinnert
dan aan de gang v;m zaken met de Bandijk; ook daar zijn de ingezetenen
tenslotte voor een grote last gekomen. Spreker is daarom tegen enige
definitieve stap zonder nadere deskundige voorlichting.
De VOORZITTER herhaalt, dat het de bedoeling is te komen tot een zo
efficiënt en goedkoop mogelijke afvoer. Bij de aanvankelijke opzet
betalen onze ingezetenen aan de eigen gemeente en deze aan de gemeente
Breda; bij de nieuwe opzet zullen de betalingen rechtstreeks geschieden
aan het zuiveringsschap.
Wethouder VEN RIEL merkt nog op, dat bij het door de heer Rops bedoelde
onderzoek voor geheel West-Brabant Gedeputeerde Staten zich daarmede
wel zullen conformeren, alvorens op enig verzoek in deze beslissing te
m nemen.
Wethouders GLERTS voegt daaraan nog toe, dat ook overwogen wordt net plan
Moerdijk om te buigen in dien geest, dat de lozing zal plaats hebben in
de Westerschelde. Vanzelfsprekend vraagt dit nadere studie.
De VOORZITTER brengt hierna in stemming het voorstel van burgemeester
en wethouders, zoals dat op de agenda is gedaan, hetwelk wordt aangenomen
met de stemmen van de heren van Riel (J.J.) en Vermeeren tegen.
18. NADERE VASTSTELLING VAN HET BESLUIT. ALS BEDOELD IN ART. 101 Be LID. DER
LAGER ONDERWIJSWET 1920 VOOR HET JA-ÜR J 96? MET BETREKKIN'O TOT DE BIJZON
DERE SCHOLEN VOUR HET L.iGZR ONDERWIJS IN DLZK G: JIEENTB
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten, zoals op de
agenda voorgesteld, zodat de vergoeding per leerling nader is vastge
steld:
voor het g.l.o. op 45,
voor het v.g.l.o, op 65,
19. VASTSTELLING VnRGÖLDIHG. BEDOLLD IN ART.101 BIS. 4e LID. DER LnGLR ONDER
WIJSWET 1920. OVER 1961 MET BETREKKING TOT DE V.DUNDERWIJZERES VROUWE
LIJKE K.JiDNERKEN ...D DE R.K.ÏE.1SJES3CK00L TE ULVENHuUT.
Het in het agenda-dossier overgelegde ■jntwerp-besluit wordt zonder
discussie of hoofdelijke stemming vastgesteld.