H -4- Ik heb wel eens gelezen dat de Joden in Jeruzalem naar de klaagmuur gaan om daar hun leed, verdriet en opgekropt gemoed eens te kunnen uitstorten. Ik kan dat hele artikel natuurlijk met gaan citeren. Ik meen dat het betoog van dominee Klamer hierop neerkomt dat het vooriadereen, zowel voor kinderen als voor ouderen op een gegeven ogenblik nodig kan zijn dat hij zijn verdriet, moeilijklieden of ergernis eens kan uitstorten tegen een menselijke klaagmuur. Mijnheer de Voorzitter. In zo'n gemoedstoestand verkeer ik al enige tijd en net is mijn bedoeling dan ook om vandaag mijn opgekropt gemoed eens te luchten tegen een menselijke klaagmuur, in dit geval Burge meester en Wethouders. Mijnheer de Voorzitter U zult misschien al wel denken dat araait op kritiek uit en dat is ook zo. Ik doe dat echter niet voor mijn plezier of uit leedvermaak. Niemand is graag op zijn vingers getikt, ook ik zelf niet. Mr kunnen echter omstandigheden zijn dat zwijgen fout is. Iemand zwart maken achter zijn rug om vind ik onsportief want dan kan men zich niet verdedigen. Om deze reden wil ik het dan op deze openbare vergadering doen. De directe aanleiding tot deze algemene beschouwingen was een toevallig gesprek met een inwoner van Bavel. Ik herinner me al niet meer waar we over praatten, waarschijnlijk over koetjes en kalfjes. Maar in de loop van het gesprek zei hij dat er op de Dorstseweg een nieuw fietspad was gekomen, dat de Kerk- en Klooster- s ;raat geheel waren vernieuwd en dat de daardoor vrijgekomen klinkers gebruikt waren om de Eikbergseweg te verharden. Toen ik dat hoorde heb ik toch even mijn oren gespitst. Meer zei de persoon in kwestie er niet over en ik zelf heb er niet op gereageerd. Zodra ik thuis was heb ik de raadsagenda's eens nagekeken om na te gaan wat de raad i. omtrent die gevallen indertijd had besloten. Een 2e aanleiding was dat ik al lagere tijd de mening ben toegedaan dat B. en W.al of niet bewust, bevoegdheden, die krachtens de gemeentewet aan de raad toekomen aan het uithollen zijn en die bevoegdheden zelf overhevelen naar het college, iets wat mijn instem ming niet heeft en hopenlijk ook niet van mijn mederaadsleaen, omdat wij anders onszelf zouden bestempelen tot jaknikkers. Mijnheer de Voorzitter, bij het naslaan der raadsagenda's bleek dat op de openbare vergadering van ue raad, gehouden op 30 juni 19b1, onder punt 15 een voorstel van Burgemeester en Wethouders aan de orde kwam urn over te gaan tot gedeeltelijke vernieuwing van het bestratingsmateriaal van Kerk- en Kloosterstraat te Bavel. Wat betreft het fietspad langs de Dorstseweg heb ik niets kunnen vinden. Het al of niet van het noodzake lijke van deze werken wil ik absoluut niet in mijn beschouwingen betrek ken. Wat betreft punt 15 van die agenda stolden Burgemeester en Wotnouders voor daarvoor een krediet goed te keuren van naar ik meen 42.000, In du toelichting wat betreft dit punt zeggen B. en W.ik had enkele aantekeningen gemaakt) dat de oppervlakte van de Kerkstraat 3700 m2 was en dat de helft van het oude materiaal, 95.000 st> nen uitvalt... Mijnheer de Voorzitter ik ben toen op een middag eens naar Bavel gereden om mijzelf ervan te overtuigen of hex op waarheid berustte wat die man uit gavel mij een tijdje tevoren verteld had en het was ind> rdaad waar. Ik was toen een ogenblik met stomheid geslggen. Mijnheer de Voorzitter in een bepaald art. van de gemeentewet wordt toch gezegd dat aanleg van nieuwe wegen, en, alsmede verbetering van bestaan de wegen, voorzover dit niet meer tot ont ernoud kan worden gerekend, de taak is van de laad, ala hioaate g zagsorgaan in de gemeente Mijnheer de Voorzitter/heeft toen niet besloten tot algehele vernieuwing van die straten, noch tot aanleg van eerder genoemd fietspad. Ik behoud mij te dezer zake alle rechten voor. In ieder geval zie ik net zo dat de-ze werken door B. en W. op eigen gezag

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1962 | | pagina 64