NOTULEN VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN 30 DECEMBER 19ó>3
De heer SCHOENMAKERS wijst er op, dat de gang van zaken bij de
stemming onder punt 7 niet volledig is weergegeven. Eerst stemde
de heer Vermeeren vóór, doch na enige discussie tussen hem en de
Voorzitter, stemde hij tegen.
De VOORZITTER antwoordt hierop, dat na die korte discussie hij de
stemming opnieuw aan de orde heeft gesteld.
Onder punt 9 had de heer VERMEEREN gaarne opgenomen gezien, dat
volgens de Voorzitter de Wederopbouwwet is ingetrokken.
De VOORZITTER zegt, dat dit door hem inderdaad abusievelijk werd
medegedeeld. We kunnen dit corrigeren door in beide notulen daarvan
melding te maken of zo te laten. Dit laatste is toch wel het een
voudigste
De heer AARTS merkt op, dat door burgemeester en wethouders niet is
nagegaan, of adressant wellicht met toepassing van art. 20 der
Wederopbouwwet geholpen had kunnen worden. Of hebben de wethouders
zich toen ook vergist
De VOORZITTER antwoordt, dat burgemeester en wethouders aldus
moesten handelen, omdat er strijd was met het uitbreidingsplan.
Dit is voor het College aanleiding geworden dit aan de planoloog
van de gemeente voor te leggen. Vermoedelijk zal dit wel leiden
tot een zodanige wijziging van het uitbreidingsplan, dat door
adressant dan wel zal kunnen worden gebouwd.
De heer VERDAASDONK dringt erop aan bij de gedachte wijziging voor
al de planoloog daarvan te overtuigen. Hij toch is door de gemeente
aangesteld en wordt ook door de gemeente betaald. Het moet toch
niet zo zijn, dat we last krijgen van ons eigen centen.
De VOORZITTER zegt daarop, dat ook Gedeputeerde Staten een woordje
meespreken, geadviseerd door de provinciale planologische dienst
en dus ook weer planologen. En onze planoloog kent de gedachten
van die andere planologen, wat hij niet buiten beschouwing kan
laten
De heer AARTS merkt op, dat Oosterhout en andere gemeenten voort
durend werken met artikel 20 van de WederopbouwwetMet kranten
knipsels dienaangaande is hij maar opgehouden, want het werden er
te veel. In Dorst is hij gaan kijken; ook daar past men dit
artikel toe voor tuinderswoningen.
De heer VAN RIEL is het er niet mee eens, dat zo gemakkelijk ge
zegd wordt dit mag niet van Ir. Siebers en dat mag niet van
Openbare Werken. De Raad is toch baas.
Inderdaad antwoordt de VOORZITTER, doch dan moet de Raad ook be
slissen.
Hierna worden de notulen zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd.
INGEKOMEN STUKKEN EN MEDEDELINGEN
SUB F.
Naar aanleiding van een vraag van Mevr, DE KROM zegt de VOORZITTER,
dat het plan Pennendijk inderdaad zal worden gevolgd. Wel overwegen
burgemeester en wethouders met een voorstel tot wijziging te komen,
om betere kansen te scheppen voor meer kleinere woningen.
De heer VERMEEREN vraagt bij het bouwbeleid vooral rekening te
houden met kleinere woningen.
De VOORZITTER vindt, dat dergelijke vragen feitelijk niet aan de
orde zijn, Uiteraard zullen er wel meest kleinere woningen worden
gebouwd,
-sub 1 -