gemeentelijk grondbedrijf 1967
\VL
- 6 -
Vervolgens wordt de gemeenterekening 196^- als volgt voorlopig vastgesteld:
Totaal der inkomsten gewone dienst
Totaal der uitgaven gewone dienst
Nadelig saldo van de gewone dienst
2.611.618,60
2.725.671.^6
11^.052,86
een
Totaal der inkomsten kapitaal-dienst
Totaal der uitgaven kapitaal-dienst
Nadelig saldo kapitaal-dienst
8.287.037,^1
8.711.986.39
4-2^.9^8,98
Tenslotte wordt de rekening van het Burgerlijk Armbestuur goedgekeurd
met de navolgende totaalcijfers
Inkomsten gewone dienst
Uitgaven gewone dienst
Saldo
52.538,95
52.538,95
nihil
ed
e
a-
r~
de
or
Inkomsten kapitaaldienst
Uitgaven kapitaaldienst
Saldo
13.637,92
13.637.92
nihil
7. vaststelling bedrag per leerling ex. artikel 101 pee lagsr onderwijswet
1920 voor het jaar 1967 voob de scholen voor g.l.o.
n.
32
9. vaststelling gemeentebegroting 1967 alsmede van de begroting voor HET
De VOORZITTER houdt een algemene beschouwing over de begroting 1967 c.a;
en spreekt hierbij als volgt
I
Sr worden in ons vaderland in de maanden november en december honderden
gemeenteraadsvergaderingen gewijd aan de begroting 1967 voor de betrok
ken gemeenten En in die honderden vergaderingen zullen wel duizenden
raadsleden zich zorgen hebben gemaakt over de financiële toestand hun
ner gemeenten.In dit tijdsbeeld heeft ook onze gemeente, op bescheiden
wijze uiteraard,haar plaats.
Het College van Burgemeester en Wethouders van Nieuw-Ginneken meent er
goed aan te doen om onze financiële positie te plaatsen in dit algemene
tijdsbeeld en wel om de volgende reden. De gemeenten, en wel in het bij
zonder de kleine gemeenten, kunnen slechts een zeer beperkte invloed
uitoefenen op het uitgavenpeil en zij hebben slechts een beperkte in
vloed op de verwerving der inkomsten-»
Het is vader rijksoverheid, die met wettelijke regelen de grote bult der
uitgaven bepaalt en evenzo de inkomstenDe Raad komt daaraan maar zeer
matig te pas.
Het is wel nuttig om in dit verband een voorbeeld ter illustratie aan t
te halen. Ik kies dan het onderwijs en wel omdat er een voorstel ligt
van de begrotingscommissie om het bedrag ex. artikel 101 niet met 5 maar
- 7 -
ge-
er-
n
11-
iet
ie
ijs
ok
e
8-