- 3 -
1, De motieven toen door het schoolbestuur aangehaald ten gunste van het Markdal
worden door het huidige schoolbestuur onderschreven maai worden aangevuld met
andere motieven die liggen op het terrein van opvoeding en leermethodes.
2, Valt op dat normen erg snel veranderen. Was toen nog sprake van voorkeur voor
de plaats in het Markdal ten behoeve van godsdienstonderricht voor biecht on
communievoorbereiding nu spreken deze motieven helemaal niet meer aan. Waar
mee ik maar wil zeggen, dat ?;at vandaag geldt aan inzichten en normerP^e^ficele
jaren al overleefd of verouderd kan zijn. Zodat wij bij het hemen van be
sluiten zullen moeten trachten bij de tijd te zijn, omdat zelfs dan zal
blijken dat we wanneer de plannen verwezenlijkt zijn al weer achterop lopen.
Bij de plaatsbepaling van de te bouwen school zal dus zeker rekening gehoudaa
dienen te worden met de nieuwste verworvenheden op onderwijstechnisch gebied.
3, Meen ik dat de raad destijds uitgaande van de toen aangevoerde motieven de
juiste beslissing genomen heeft.
Nu liggen de zaken zoals boven al opgemerkt anders gezien de nieuw- aange
voerde motieven van het schoolbestuur.
Evén buiten beschouwing latend de plannen die de Stichting Bejaardenzorg op
tafel heeft gelegd wil ik trachten het voor en tegen voor de plaats van de
school in het Markdal en op de Pennendijk naast elkaar te zetten
Plaats Pennendijk School bij de kinderen.
Terrein groter dan in Markdal.
Bij vorming twee gemengde scholen kunnen alle kinderen
jongens en meisjes voor het onderricht dicht bij de school
terecht.
In de toekomst eigen gymnastieklokaal.
Dat zijn dus de voordelen voor de Pennendijk.
Plaats Markdal School verder van de kinderen nadeel.
Voor gymnastiek naar sporthal finantieel voordeel afstand
nadeel.
Plet onderv/ijs kan beter gedifferentieerd worden.
Er kan een mitigatieklas komen.
Alle beschikbaar komende ruimte van de meisjesschool in ver
band met opheffing v.g.l.o.-school kan zo efficient mogelijk
benut worden.
Omdat het uiterst moeilijk is om te weten of de onderwijs
methoden die het schoolbestuur belangrijk acht voor ons
doorslaggevend zouden moeten zijn bij de plaatsbepaling van
de school is het goed dat Burgemeester en Wethouders
adviezen ingewonnen hebben bij instanties op onderwijs ter
rein.
•at zeggen deze instanties
De Inspecteur van het Lager Onderwijs acht een
arabulant hoofd een noodzakelijk kwaad, het schoolbestuur ziet zo'n hoofd als een
óewenste mogelijkheid. De Inspecteur acht coëducatie ook mogelijk bij gescheiden
scholen. Het schoolbestuur voelt helemaal niets voor coëducatie bij gescheiden
=cholen vanwege ongewenste rivaliteit.
Je Inspecteur acht differentiatie op grotere schaal gemakkelijkeruitvoerbaar op
-en grotere school dan op een kleinere. Het schoolbestuur is het daarmee eens.
e Inspecteur ziet geen bezwaar tegen een mitigatieklas als de scholen onder
;-e zelfde bestuur staan ook al liggen deze niet in eikaars onmiddellijke na
theid indien beide scholen gemengd zouden zijn.
"e schoolbestuur wil het helemaal niet aansturen op gemengde scholen indien
Ze elkaar liggen en het centraal bureau merkt op dat een mitigatieklas
-ussen twee verschillende scholen uitgesloten is daar het wettelijk niet geoor-
ir° "*"s een kind onder-wijs te laten volgen op een school waar het kind niet
-üeschreven is. Bijgevolg is een mitigatieklas wat juist volgens het school-
„4-