^4 KORTS AANTEKENINGEN NAVERGADERING GEMEENTERAAD 29 JUNI 1966, 1. Accoord met korte aantekeningen navergadering Gemeenteraad 20 mei 1966, 2. De Heer VAN LOON informeert naar het karakter van deze navergadering, waarop de VOORZITTER antwoordtdat men deze zuiver moet zien als een napraatje van de raadsladen. Men moet daarbij echter aannemen, dat over het gesprokene naar buiten uit het stilzwijgen wordt bevraard. Anders moet men terug naar een rondvraag in het openbaar. De Heren VAN LOON en GEERTS zijn voor handhaving van het napraatje. 3. De Heer VAN LOON vraagt, hoe het staat met de plannen tot ombouw van het veilingsgebouw te Galder tot Gemeenschapshuis, waarop de VOORZITTER antwoordt, dat dit niet mogelijk is gebleken. k. Op een vraag van de Heer R0P.S zegt Wethouder OOMSN, dat inzake de uit voering yan cultuur-technische wegen nog moet worden gewacht op gegevens van de cultuurtechnische dienst. De VOORZITTER voegt hieraan nog toe, dat om financiële en budgetaire redenen door Gedeputeerde Staten is te kennen gegeven,, deze werken nog minstens 4" jaar te laten rusten. 5, De Heer VAN GESTEL pleit voor meer inlichtingen, zoals gisteren is ge schied, inzake de bouw van een pension voor bejaarden e.d. De VOORZITTER antwoordt hierop, dat dergelijke stichtingen enz. in hun werkwijze meer moeten worden beschouv/d als schoolbesturen. 6, De Heer VERDAASDONK zegt nog al eens te constateren, dat er mensen wonen in keten en barakken. Mag dat allemaal De VOORZITTER antwoordt, dat dit feitelijk niet mag. Doch voldongen feiten en bijzondere moeilijks omstandigheden maken ingrijpen wel eens onmogelijk. 7, De Heer PIJNEN spreekt zijnafkeuring uit over de wijze waarop vanavond in het openbaar is vergaderd. Hij betreurt het b.v. dat door een raads lid wordt gezegd t! het wordt tijd dat er twee andere wethouders komen". De reactie van de Heer AARTS hierop is aanleiding voor vele raads leden om zich met het gezegde door de Heer Pijnen accoord te verklaren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1966 | | pagina 57