- 8 -
Wat de specificatie van de gevraagde !,ton in rekeningcourant betreft,
zegt de VOORZITTER, dat, wanneer de Stichting uit het crediet niet de
kosten van de grond zou behoeven te betalen, volstaan zou kunnen worden
met een maximum tussen 30.000,en ^fO.OOO,
Dit is voor initiële kosten als deze een normaal bedrag.
Uit een gesprek, dat de Voorzitter in het Stichtingsbestuur heeft gehad
met de Heer Blokdijk, is hij tot de overtuiging gekomen, dat deze voor
zijn honorarium een reële declaratie zal indienen. De VOORZITTER gelooft
niet, dat dit moeilijkheden zal opleveren.
Op de vraag van de Heer PIJNEN antwoordt de VOORZITTER nog, dat hij Voor
zitter van de Stichting is geworden, omdat én de Commissie én de andere
Stichting dit graag hadden teneinde uit de moeilijkheden te geraken.
De Heer PIJNEN wenst de Voorzitter veel succes met zijn verder optreden
als Voorzitter van de Stichting.
De Heer WILLEKENS, die hierna weer het v/oord verkrijgtmeentdat er een
misverstand is ontstaan over hetgeen hij gezegd heeft. Hij heeft niet ge
steld, dat de Voorzitter van de Raad qualitate qua optreedt als Voorzitteï
van de Stichting. Maar, zo zegt hij, U kunt als Voorzitter van de Stich
ting in geschil komen, en dan beslist U als Voorzitter van het College var
Burgemeester en Wethouders mede over de benoeming van de leden van de
Commissie van bindend advies. Dit vindt de Heer WILLEKENS ongewenst.
Verder erkent de Heer WILLEKENS, dat de Commissie haar eigen beleidslijn
mocht bepalen, maar beginnen met een plan van 150 bedden lijkt hem niet d£
beste methode geweest te zijn.
Dan bevreemdt het de Heer WILLEKENS, dat Burgemeester en Wethouders zeggei
dat zij achter de Commissie zijn blijven staan.
Hierna krijgt Wethouder 'WESTERTERP opnieuw het woord.
Hij zegt, ook in tweede instantie veel critiek gehoord te hebben; .een
woord van waardering kon er niet af. De Stichting i.o. heeft veel werk
verzet, maar hier is niet op ingegaan.
Hij bestrijdt de mening van de Heer Willekens, dat de Voorzitter van de
Stichting als Voorzitter van het College qualitate qua betrokken raakt
bij een bestuursgeschil
Het College benoemt een Commissie van arbitrage,, dus niet de Voorzitter
alleen; het College bestaat uit drie personen Hier interrumpeert de
Heer WILLEKENS, dat de Voorzitter van het College de arbitragecommissie du;
MEDE benoemt. Inderdaad, aldus de Heer WESTERTERP, maar in de gegeven om
standigheden is deze constructie de enige oplossing.
De VOORZITTER haakt in op de woorden van de wethouder. Het is theoretisch
denkbaar, dat de Voorzitter van de Stichting in conflict komt met de ande.
bestuurders. Hoe zal dan de situatie zijn Dan wordt in het College na
gedacht over de beste wijze van oplossing.
In eerste instantie zal de Voorzitter zich dan van mede-beslissen ont
houden; er zijn twee andere leden, die dan kunnen -beslicoeyw. Ik als Burg
meester, aldus de VOORZITTER denkend" aan mijn ambtseed, zal bij een aa
v/ijzing door de wethouders me alleen tot ingrijpen genoopt voelen,wanneer
het een onzedelijke aanwijzing zou zijn. Dit geval is maar nauwelijks
denkbaar
De Heer WILLEKENS merkt ten slotte op, dat het niet waar is, dat hij geen
waardering heeft voor hetgeen verricht werd; maar hij heeft gezegd, dat d
nieuwe definitieve Stichting in korte tijd méér gepresteerd heeft dan voo
heen
Met de opmerking van de VOORZITTER, dat hij het door de Commissie ver
richte werk zeer wil benadrukken, wordt de discussie over deze aangelegen
heid besloten.
De Raad besluit hierna zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel
van Burgemeester en Wethouders.
-9-