- 11 - Mijnheer de Burgemeester, Heren Wethouders, Heren Raadsleden, Mijnheer de Secretaris, Ongetwijfeld zult U gedacht hebben, wat vreemd, de scheidende secretaris heeft helemaal niet gereageerd op de hem verleende onderscheiding "Ereburger van Nieuw-Ginneken" Ter verklaring dan allereerst, dat toen ik erover nadacht, wat zal ik zoal op deze vergadering eventueel moeten zeggen, vermeende ik het best te doen daarbij de agenda van deze vergadering te volgen. En daarop trof ik niet aan het besluit van de Raad om dat ereburgerschap te verlenen. Ook is niet in mijn hoofd opgekomen, dat dit tot de mogelijkheden zou behoren, zover ging mijn trots niet. Anderzijds begrijp ik, dat men het zo heeft gedaan, om het volkomen als een verrassing te doen zijn. En dat was het en wel zodanig, dat zij alle ver rassingen voor mij in deze vergadering verre overtreft, ja als het ware over straalt. Het vervult mij met grote erkentelijkheid jegens de burgemeester en het college omdat het initiatief van hen ongetwijfeld zal zijn uitgegaan, en jegens de Raad voor de door hem genomen beslissing. Dank, grote dank l Het zal voor mij een voortdurende spoorslag zijn, om zolang God mij daarvoor de tijd geeft, met ere burger van Uw mooie gemeente te zijn. Wanneer verder niemand meer het woord verlangt, sluit de VOORZITTER vervolgens de vergadering met het gebruikelijke gebed. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de Raad der gemeente Nieuw-Ginneken, gehouden op 27 februari 1970. De RAAD voornoemd, Voorzitter. Secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 128