-3- meer dan reeel vinden, dat nu ook een betrouwbare raming van kosten van beheer en onderhoud plaats vindt. Hierop antwoordt de VOORZITTER, dat de heer WILLEKENS dit wel kan menen, maar het is niet reëel, want bedoelde exploitatiekosten zijn momenteel eenvoudig niet te ramen. Wethouder WESTERTERP voegt hieraan toe, dat het volstrekt onmogelijk is, in 1970 een onderhoudsraming voor 1971 op de begroting te brengen. De heer WILLEKENS antwoordt, dat hij niet om een begrotingswijziging 1971 vraagt, doch alleen om een overzicht van wat het in de toekomst gaat kosten. De Raad besluit hierna zonder hoofdelijke stemming, zoals op de agenda voorgesteld. De heer WILLEKENS verlangt aantekening, dat hij geacht wil worden te heb ben tegengestemd, op grond van het ontbreken van een inzicht in de toe komstige onderhoudskosten. De heer ROPS, als VOORZITTER van de Bovenmark, betuigt dan zijn dank aan Raad, Burgemeester en Wethouders, en ambtenaren van Openbare Werken, voor het aldus tot stand gekomen besluit. 7AANVRAGEN OM VOORSCHOTTEN UIT 'S-RIJKSKAS EN JAARLIJKSE BIJDRAGEN IN HET EXPLOITATIEVERLIES VOOR HET BOUWEN VAN 3^ WONINGWETWONINGEN DOOR DE R.K. WONINGBOUWVERENIGING ST.LAURENTIUS De heer VAN RIJCKEVORSEL zegt, gelezen te hebben, dat Nieuw-Ginneken 10 woningen van Prinsenbeek krijgt. Hij stelt de vraag, of dit contingent teruggegeven moet worden. Op deze vraag antwoordt DE VOORZITTER beves tigend. De heer VAN GILS vraagt, wat er dan moet gebeuren, als Nieuw-Gin neken in 1971 geen 10 woningen krijgt toegewezen, zodat teruggave niet mogelijk zou zijn. Wethouder WESTERTERP antwoordt,dat dan overleg met Gedeputeerde Staten nodig zou zijn. De WETHOUDER onderstreept echter, dat door deze contingentsruil Nieuw-Gin neken tien woningen eerder zal kunnen bouwen dan anders het geval zou zijn geweest: dit zal de oplossing van de woningnood zeker versnellen. De heer VAN GILS informeert, of inderdaad 15 woningen als krot afge broken zullen v/orden. De VOORZITTER kan hierop bevestigend antwoorden. De heer WILLEKENS herinnert zich, dat in het verleden een aanzienlijk geringer contingent wel eens met vertraging is tot stand gekomen. Bestaat daar nu geen gevaar voor? De VOORZITTER zegt, in deze optimistisch te zijn. In het verleden is het voorgekomen, dat de aannemer failliet ging, maar dat is - gelukkig - niet de gewone gang van zaken. De heer VAN GILS merkt op, dat van de kO woningen er 3^ naar Ulvenhout gaan. Hij hoopt, dat ook het omgekeerde zich zal voordoen. Wethouder OOMEN kan de heer van Gils ten deze geruststellen. De heer GEERTS stelt de vraag, of er ook nog bejaarden in krotwoningen wonen. Hierop antwoordt de VOORZITTER bevestigend. De heer GEERTS ver volgt met te vragen, of het College ook gebruik gemaakt heeft van de mo gelijkheid, bejaardenwoningen te bouwen. De provincie heeft een extra aantal toegewezen gekregen. De VOORZITTER antwoordt, dat het College hier wel bij stil gestaan heeft, maar op toewijzing van de extra woningen is weinig kans, gezien het feit, dat te Ulvenhouit een bejaardentehuis in aanbouw is. Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten, zoals op de agenda voorgesteld. 8. VERDAGING BESLISSING VASTSTELLING BESTEMMINGSPLAN "DE GALDERSE MEREN": Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten,, zoals op de agenda voorgesteld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 166