-5-
Wethouder WESTERTERP gelooft, dat het onjuist zou zijn, de gemeente
in dit stadium aan enig bedrag te binden. Eerst na de voorstudie kan
blijken, of het project technisch en financieel een haalbare zaak is.
De vraag, wat het de gemeente waard is, lijkt hem daarom zeer voor
barig.
De heer VERDAASDONK zegt, dat hem niet duidelijk is, hoe de Commissie
te werk zal gaan. Hij trekt een vergelijking met de bouw van een woon
huis. Dan zegt de principaal, hoeveel hij denkt te besteden. Kan dit
ook niet bij dit recreatieplan?
De VOORZITTER antwoordt, dat bestudeerd gaat worden, welke behoeften
aan recreatiegelegenheden bestaan, wat daarvan in dit gebied gereali
seerd zou kunnen worden, en aan welke eisen dan moet worden voldaan.
Hij is van mening, dat de Raad zich niet bij voorbaat bezorgd behoeft
te maken. De sleutel der lastenverdeling (naar inwonertal) is zodanig,
dat - als het voor Nieuw-Ginneken met zijn gunstige budgettaire positie
niet mogelijk zou zijn - het zeker voor Breda niet uitvoerbaar is.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten, zoals op de agenda
voorgesteld.
12. 1*fe WIJZIGING VAN DE GEMEENTEBEGROTING 1970?
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten, zoals op
de agenda voorgesteld.
13. SLOTWIJZIGINGEN GEMEENTEBEGROTING 1969:
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten, zoals op
de agenda voorgesteld.
14-AANGAAN VASTE LENINGEN en/of KASGELDLENINGEN:
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten, zoals op
de agenda voorgesteld.
15. AGGLOMERATIE BREDA:
Wethouder WESTERTERP merkt op, dat thans eindelijk het intergemeentelijk
overleg van de grond zal gaan komen. Op 10 juni zal een eerste ver
gadering plaats hebben, echter wel in een nog niet-geïnstitutionaliseerde
vorm. Nieuw-Ginneken betreurt, dat Etten-Leur en Oosterhout niet aan dit
overleg deelnemen, althans voorlopig niet.
Etten-Leur vindt de basis te smal, zoals Breda indertijd vond, dat het
een te smalle basis zou zijn alleen met de k randgemeenten te gaan over
leggen. Etten-Leur wil naar een streekgewest, dat geheel West-Brabant.,'
omvat. Breda stelt, dat dit niet haalbaar is. De WETHOUDER herinnert
er aan, dat wel de Stichting IVelvaartsbevordering West-Brabant bestaat
(WEB), maar nog vorig jaar is gebleken, dat het niet mogelijk was, de
WEB een zwaarder structuur te geven. Daarom zal ook een streekgewest
West-Brabant voorlopig wel een utopie blijven.
Nieuw-Ginneken zou graag een stadsgewest De Baronie van Breda tot stand
zien komen; ook heeft Nieuw-Ginneken de vraag gesteld, of ook Zundert,
Chaam en Baarle-Nassau niet bij het overleg betrokken moeten worden.
Breda is op deze laatste vraag niet ingegaan, maar vermeldt die wel op
de agenda voor de vergadering van 10 juni.
Op deze agenda, aldus de WETHOUDER, komen verder als punten voor: de
inhoud en de betekenis van het overleg; de vorm waarin; het aantal deel
nemers; het woningmarktonderzoek; de organisatie voor de recreatie;
samenwerking met betrekking tot de openbare orde en veiligheid; de weg
verbindingen
Wat het aantal deelnemers betreft, Nieuw-Ginneken stemt graag in met het
voornemen van Breda, de gemeenten Etten-Leur en Oosterhout op de hoogte