- 12 - Hetzelfde geldt dus ten aanzien van "De Galderse Meren", waar ondanks het feit, dat er ruimte genoeg is - ook alléén maar dagrecreatie is voorzien. De Heer HUIJBEN informeert nog, of de Raad de stukken betreffende de lopende aanvrage mag inzien. Hierop antwoordt de VOORZITTER, dat niet de Raad aan Gedeputeerde Staten adviseert, doch Burgemeester en Wet houders. Uiteraard is het College wel bereid, t.z.t. aan de Raad mede te delen, welk advies het heeft uitgebracht. De VOORZITTER onderstreept, dat het College de taak heeft, zich aan de wettelijke voorschriften te houden; het College mag de wet niet verkrachten De Heer HUIJBEN concludeert, dat het College dus geen enkele aandacht schenkt aan het standpunt van de Raad. Hierop antwoordt de VOORZITTER, dat het College tot dusverre een eenparig besluit van de Raad achter zich heeft, dat volkomen duidelijk is. De Heer HUIJBEN vraagt, wat er gebeurt, als de Raad nu een ander besluit zou nemen. De VOORZITTER zegt, dat ook de Provincie een bepaald standpunt heeft; het is niet waarschijnlijk, dat zij hierop terugkomt, ook al zou de Raad van Nieuw-Ginneken nu een andersluidend besluit nemen. Wanneer verder niemand meer het woord verlangt, sluit de VOORZITTER vervolgens de vergadering met het gebruikelijke gebed. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering, gehouden op 25 oktober 1971. De RAAD voornoemd, .Voorzitter Secretaris

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 103