OPENBARE VERGADERING VAN DE RAAD DER GEMEENTE NIEÜW-GINNEKEN, GEHOUDEN
OP VRIJDAG 26 FEBRUARI 1971.
Aanwez ig
de Leden van de Raad: M.P.A. AARTS, A.B. VAN ALPHEN, A.J.J. VAN GESTEL,
H.M.C.J. VAN GILS, J.H. VAN GILS, J.A. VAN LOON,
A.A.H. NOOREN, H.A.M. OOMEN, IR.R.H. PEGEL,
C.J. VERKOOIJEN EN DRS. TH.E.WESTERTERP.
Afwezig met kennisgeving: W.C.S. VAN OOSTERBOSCH (WEGENS ZIEKTE).
Er is 1 onvervulde plaats.
VOORZITTER: DR. W.L.P.M. DE KORT.
SECRETARIS: MR. DRS. TH. BOSSINK.
De VOORZITTER opent de vergadering met het gebruikelijke gebed, en stelt
vervolgens aan de orde:
1. NOTULEN VAN DE RAADSVERGADERING VAN 11 DECEMBER 1970:
Ten aanzien van punt 13, bladzijde 9, wordt opgemerkt, dat ver
laging van het bedrag, waarvoor garantie verleend zou worden, niet mo
gelijk was, omdat het raadsbesluit anders niet meer in overeenstemming
zou zijn met de door de Bank gedane offerte.
Bij punt 18 (bladzijde 10), zegt de Heer PEGEL, dat hij meent, dat
besloten is, dat eerst een groot deel van de grond in het plan Roosberg
zou moeten zijn verkocht, voordat verder in Markdal II (Zuid) verkocht
zou worden.
De VOORZITTER antwoordt, dat vanuit de Raad is gepleit voor een
spoedige ontwikkeling van Bavel. Niet is toegezegd, noch daartoe een
besluit genomen, dat met de uitvoering van de bestemmingsplannen te Ul-
venhout geen voortgang zou worden gemaakt.
Hierna worden de notulen zonder hoofdelijke stemming ongewijzigd
vastgesteld.
2. BEHANDELING GELOOFSBRIEVEN I.V.M. TOELATING VAN A.C.C. VAN OOSTER
BOSCH TOT LID.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt conform het
voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten, de Heer van Oosterbosc
niet als lid van de Raad toe te laten, daar deze een bloedverwant in de
2e graad is van het reeds zitting hebbende raadslid W.C.S. van Ooster
bosch.
3. INGEKOMEN STUKKEN EN MEDEDELINGEN:
Bij punt f. vraagt de Heer VAN GESTEL, of de verdaging van de be
slissing door Gedeputeerde Staten een gevolg is van tijdgebrek.
De VOORZITTER antwoordt, dat er ten aanzien van het plan Roosberg
bij de P.P.D. nog enkele kleine bedenkingen bestaan; verwacht wordt,
dat deze spoedig uit de weg geruimd zullen zijn. WETHOUDER OOMEN voegt
hier aan toe, dat op 6 maart een bespreking zal plaats hebben met de
P.P.D.
De Heer J.H. VAN GILS vindt het ook vreemd, dat Gedeputeerde Staten
enerzijds sommige grondaankopen wél goedkeuren, en nu nog bedenkingen
hebben tegen het machtigingsbesluit grondverkopen.
De VOORZITTER zegt, te verwachten, dat de beletselen binnenkort opge
heven zullen zijn. Men behoeft niet bevreesd te zijn, dat de P.P.D. tege
uitbreiding van Bavel is.
De op agenda en aanvullende agenda vermelde stukken worden hierna
zonder hoofdelijke stemming voor kennisgeving aangenomen»