-2- Het demonteren en monteren is dan uiteraard voor rekening van de gemeente. De Heer PAULUSSEN constateert, dat de gemeente dus quitte zal spelen, wanneer zij zelf de momenteel in gebruik zijnde kaarten lift kan doorverko pen. De VOORZITTER bevestigt dit, maar merkt op, dat wel de vraag rijst, of de door Nieuw-Ginneken gevraagde prijs van 2500,niet- wat verlaagd zou moeten worden. Zonder hoofdelijke stemming besluit de Raad conform het nadere voorstel, van het College. 6. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE EXPLOITATIEVERGOEDING VOOR DE BESTU REN DER IN DE GEMEENTE GEVESTIGDE BIJZONDERE SCHOLEN, INGEVOLGE ARTI KEL 103, LID 1, DER LAGERDNDERWIJSWE'T 1920, VOOR HET JAAR 19 74 Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten, zoals op de agenda voorgesteld. 7. VERZOEK VAN DE STICHTING KATHOLIEK ONDERWIJS BAVEL TOT HET VERIENEN VAN MEDEWERKING INGEVOLGE ARTIKEL 72 VAN DE LAGER ONDERWIJSWET 3 920 (8e LOKAAL) Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten, zoals op de agenda voorgesteld. 8. VERZOEK VAN DE STICHTING KATHOLIEK ONDERWIJS H, LAURENTIUSPAROCHIE TE ULVENHOUT TOT HET VERLENEN VAN MEDEWERKING INGEVOLGE ARTIKEL 72 VAN DE LAGER ONDERWIJSWET 1920 De VOORZITTER deelt mede, dat momenteel uitvoerig overleg plaats heeft, met de beide schoolbesturen over de behoefte aan scholen en loka len in de toekomst; namens de commissie onderwijs neemt hieraan het raadslid Berger deel, en namens de gemeente het Hoofd van de afdeling Algemene en Sociale Zaken. De Lager Onderwijswet 1920 verplicht echter nu een beslissing te nemen over het voorliggende verzoek. Een eventueel negatief besluit zou goed gemotiveerd moeten zijn, en bovendien kan het schoolbestuur dan in beroep gaan bij Gedeputeerde Staten. De Heer VERKOOIJEN merkt op, dat hij het advies van de Inspecteur gemist heeft. De VOORZITTER antwoordt hierop, dat onderscheid moet worden gemaakt tussen het principe-besluit, tot het verlenen van medewerking, en het uittrekken van het benodigde krediet. Nü gaat het alleen om de medewerking. De Heer PEGEL meent, dat zo'n school, op zichzelf genomen, een gemeenschaps ruimte zeker nodig heeft. Anderzijds betreft, het hier een oudere school, waarbij bovendien het l.eerlingenbestand gaat afnemen. Hij vindt het jammer, dat niet gewacht kan worden op de resultaten van het huidige overleg. De VOORZITTER zegt, dat ook deze aangelegenheid reeds in het overleg be trokken is. Daarbij is gebleken, dat de schoolbesturen wel willen komen tot een gezamelijke opvatting, De VOORZITTER stelt voor nu wel het besluit om medewerking te verlenen te nemen, maar de realisering te laten afhangen van de resultaten van het o- verleg. Het gemeentebestuur heeft vertrouwen in de houding van het schoolbestuur. Bij de mededeling, dat medewerking is verleend, kan een en ander aan het schoolbestuur ter kennis worden gebracht.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 166