-3- De Heren PEGEL en J.H.VAN GILS verklaren beiden, het hiermede geheel eens te zijn. De Raad besluit hierna zonder hoofdelijke stemming, medewerking voor de gemeenschapsruimte te verlenen. De VOORZITTER deelt nog mede, dat ook nog sprake is van uitbreiding van de speelplaats; hierover is nog overleg gaande, zodat de beslissing daarover nog niet genomen kan worden 9. VERZOEK VAN DE STICHTING KATHOLIEK ONDERWIJS HLAURENTIUSPAROCHIE TE ULVENHOUT TOT BESCHIKBAARSTELLING VAN DE BENODIGDE GELDEN VOOR DE REA LISERING VAN DE UITBREIDING VAN DE KLEUTERSCHOOL DE KLEUTERHOF TE GALDER De Heer PEGEL zegt het bedrag van 39566,— erg hoog te vinden; hij zou een lager bedrag willen uittrekken, b.v. 30.000, De VOORZITTER wijst er op, dat het schoolbestuur voornemens is een aantal aannemers aan te schrijven. De Raad zou nu het geraamde bedrag kunnen vo teren, met de opmerking dat de resultaten van. de inschrijving nauwlettend door het College bezien zullen worden. De Heer PEGEL zegt van oordeel te zijn, dat. het schoolbestuur niet de meest aangewezen instantie is om met aannemers te onderhandelen. De VOORZITTER antwoordt, dat je voorzichtig moet zijn met. wijziging te bren gen in het tot dusverre gevoerde beleid. Het College probeert uiteraard wel een vinger in de pap te houden. De Heer AARTS zegt, voor beide standpunten iets te kunnen voelen. Hij wijst er op, dat in het investeringsplan een bedrag van 30.000,is genoemd. De VOORZITTER wijst, er op, dat dit investeringsplan van oudere datum is dan de raming van het schoolbestuur. En bovendien worden in het plan wel diverse bedragen genoemd, maar die zijn slechts zeer globaal; ze worden ook niet ge voteerd! De Raad besluit hierna zonder hoofdelijke stemming, het gevraagde krediet beschikbaar te stellen, met dien verstande, dat het juiste bedrag door het College nauwlettend in het oog zal worden gehouden. 10. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN HET BEDRAG PER LEERLING INGEVOLGE ARTIKEL 101, 5e I.ID, DER LAGER ONDERWIJSWET 1920, VOOR HET JAAR 1975 De Heer VERKOOIJEN constateert, dat in 1974 een bedrag van 184,is beschikbaar gesteld, en dat nu 237,gevraagd wordt. Hij vindt dit een enorm verschil, al is het misschien mogelijk, dat het bedrag in het verle den wat te laag is geweest. De Heer PEGEL zegt, dat hij al jarenlang heeft aangedrongen a. op een zuinig beheer; b. op besteding van een zo groot mogelijk gedeelte voer het onderwijs-sec Nu gaat het echter om 25,voor administratiekosten, en nauwelijks iets meer voor het onderwijs zelf. Bavel krijgt 20,meer wegens gestegen schoonmaakkos ten De Heer PEGEL erkent, dat het onderwijs zeer goed staat aangeschreven, maar hij herhaalt, dat de schoolbesturen er naar moeten streven, een zo groot mo gelijk deel voor het onderwijs zelf te besteden. Hij denkt aan gebruik van b.v. audio-visuele middelen. De Heer VAN DER WESTERLAKEN zegt, dat. Nieuw-Ginneken met het bedrag per leer ling al jarenlang ergens onderaan bengelt. Met het voorgestelde bedrag komt de gemeente nog maar in het midden te zitten. Hij zegt 237,wel een reëel bedrag te vinden. De Heer H.VAN GILS zegt het geheel eens te zijn met het voorgestelde bedrag; dit zou zelfs nog hoger mogen zijn, wanneer het maar aan het onderwijs ten goede komt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 167