-4-
De "andere" kosten vindt hij wel vrij hoog.
De VOORZITTER zegt, in antwoord op de vraag van de Heer Verkooijen, dat
25,voor administratiekosten een eenmalige stijging is, aldus vast
gesteld door de Minister.
De scholen hebben hier zonder meer recht op.
In antwoord op hetgeen door de heren Pegel en H. van Gils is opgemerkt,
zegt de VOORZITTER de indruk te hebben, dat ook de schoolbesturen een zo
groot mogelijk deel voor het onderwijs zelf willen besteden. Maar onder
houd is tegenwoordig niet goedkoop. De schoolbesturen zijn er aardig in
geslaagd, wat de onderhoudskosten betreft., tot elkaar te komen. Betaald
moet worden, wat inderdaad nodig is. De hoogte van het bedrag is nog geen
zekerheid voor 't. beste onderwijs; wel is er natuurlijk een relatie tus
sen, maar geen 100%. De Onderwijscommissie heeft er de ncdige aandacht
aan besteed. Men is het er over eens, dat de Schoolbesturen open staan
voor goed onderwijs, Men kan vertrouwen hebben in hun deskundigheid.
De Heer PEGEL blijft van mening, dat 25,per leerling voor administra
tiekosten te hoog is, maar als dit een wettelijke regeling is, is er niets
aan te doen. Hij vertrouwt wel, dat het resterende bedrag zoveel mogelijk
aan zuivere -onderwijsdoeleinden besteed wordt.
De VOORZITTER meent, dat deze laatste kanttekening gerust gesteld mag wor
den; ze is niet denigrerend voor het schoolbestuur.
De Raad besluit hierna zonder hoofdelijke stemming het bedrag per leerling
voor 1975 te bepalen op 237,54.
11. VOORSTEL TOT VERHOGING VAN HET SUBSIDIE 1975 AAN DE CARNAVALSVERENIGING
"DE MAERKRATTEN"
De Heer AARTS vraagt, of deze verhoging schriftelijk is aangevraagd.
De VOORZIT'TER antwoordt, dat dit gebeurd is in een gesprek met hem.
Wethouder WILLEMSEN zegt, in antwoord op een vraag van de Heer PEGEL, of
Galder dit hogere bedrag nodig heeft, dat de basiskosten in Gaider nage
noeg even hoog zijn als die van Bavel en Ulvenhout, terwijl de inkomsten
bronnen minder zijn.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten, zoals op de agenda voorge
steld.
12. VOORSTEL TOT BESCHIKBAARSTELLING VAN SUBSIDIE AAN DE STICHTING TER
VOORBEREIDING VAN EXTRA-MURAAL VOPMINGS- EN ONTWIKKELINGSWERK IN WEST
BRABANT
De Heer PAULUSSEN vraagt, of meer inzicht gegeven kan worden in de aard
van dit werk. Wie zijn b.v. de kandidaten?
De Heer HUIJBEN zegt, 10 cent per inwoner als eerste aanzet, erg hoog te vin
den. Het belang voor Nieuw-Ginneken lijkt maar minimaal. Liever had hij meer
concrete gegevens.
De Heer PEGEL zegt, hier helemaal niets voor te voelen. Men heeft het over
extra-muraal vormingswerk. Wat wil men eigenlijk? Een PPR-minister geeft wat
steun, men noemt een 5-tal projecten, zoals b.v. de ouders participatie ge
ven in het onderwijs. De Heer PEGEL meent, dat deze club daar in het geheel
niet geschikt voor is.
Het standpunt van de Regioraad was niet overtuigend positief. Breda subsi
dieert met 10.000,--; verder subsidiëren 5 van de 38 gemeenten.
Hij meent, dat Nieuw-Ginneken hieraan geen behoefte heeft. Men kan de 1000,
voor dezelfde soort werk veel beter besteden in eigen gemeente.
De VOORZITTER zegt, dat het een verzoek is van een stichting, die nog in een
experimenteel stadium verkeert. Ze moet nog vorm geven aan inhoud en metho
diek. Rijk en provincie willen de stichting een kans geven. Ze wil zich al-
doende bewijzen.